schakelaar in elke versnelling los om de helderheid te
vergrendelen.
Snel Hoog licht: Ingeschakeld, druk tweemaal op de toets
3
om de extreme helderheidsstand in te schakelen.
4
Snel laag licht: Schakel uit, druk lang op de knop om naar
de energiebesparende stand te maanlicht.
Knippermodus: Schakel de zaklamp uit, dubbelklik op de
5
knop om de knipperstand in te schakelen, dubbelklik
nogmaals om de knipperstanden te doorlopen: SOS -
Knipperen, klik uit om terug te keren naar de stand voor
het inschakelen van de knipperstand.
Zaklamp vergrendelen/ontgrendelen: Als de zaklamp is
6
uitgeschakeld, knippert het voorste lampje drie keer als
de knop wordt ingedrukt, en het lampje knippert drie
keer als de knop nogmaals wordt ingedrukt.
Programmeer mode:
Voordat u naar de programmeermodus gaat, moet u eerst
bepalen welk helderheidsniveau (van de vier) u wilt
aanpassen, klik om X-0 te openen, houd lang ingedrukt om
X-0 aan te passen aan het niveau dat u wilt aanpassen,
dubbelklik snel de aan/uit-knop en houd deze ingedrukt. Het
helderheidsniveau loopt door binnen het corresponderende
lumenbereik van het laagste tot het hoogste helderheidsniv-
eau (bij het bereiken van het bovenste bereik knippert het
lampje één keer en begint het te lussen van het hoogste
naar het laagste helderheidsniveau), laat de aan / uit-knop
los wanneer de gewenste helderheid is bereikt, onthoudt de
zaklamp automatisch het helderheidsniveau.
- 40 -