Gebruik
• Focuswiel:
Kijk in het oculair (1) en draai aan het
focuswiel (3) in een van beide richtin-
gen om scherp te stellen op een te ob-
serveren object. Draai net zolang aan
het wiel tot het beeld scherp is.
• Zoom:
Draai aan het zoomwiel (2) om een
object dichterbij of verderweg te zoo-
men. Gebruik dan weer het focuswiel
(3) om scherp te stellen.
• Bewegen van de tubus:
dit spectief heeft een tubusring (6)
met een blokkeerschroef (7). Draai te-
gen de klok in aan de blokkeerschroef
(7) om de tubusring los te draaien. Je
kunt dan de hele tubus (4) om de eigen
as draaien; hierdoor kun je de positie
van het oculair (1) veranderen. Om de
tubus weer in de gewenste positie vast
te zetten, draai je de blokkeerschroef
met de klok mee vast.
16
• Gebruik binnen en buiten:
ook als bepaalde dingen beter vana-
chter een geopend of gesloten raam
geobserveerd kunnen worden, krijg
je de beste resultaten altijd nog in de
open lucht. Temperatuursverschillen
tussen de lucht binnen en buiten en de
geringe kwaliteit van vensterglas kun-
nen ervoor zorgen, dat de beelden door
het spectief onscherp worden.
• Dauwkap:
Bij slecht zicht door veel zonlicht kun
je de zonneklep (8) uitschuiven. Houd
daarvoor de ring rond de opening van
het spectief met een hand vast en trek
hem langzaam naar voren tot je een
weerstand voelt. Maar kijk nooit direct
in of in de buurt van de zon zelf! Lees
hiervoor ook de waarschuwingen in
deze handleiding.
Observeren van het landschap/natuur
Bij het bekijken van landschappen of
dingen in de natuur kijk je vaak door
hittegolven heen, die zich boven het
aardoppervlak vormen. Dit soort hit-
tegolven heb je misschien al eens in
de zomer boven een straat zien trillen.
Door deze hittegolven kan je beeld
soms niet goed zijn.
Als je last hebt van hittegolven, kun je
proberen om de scherpte iets te veran-
deren, om een gelijkmatiger en beter
beeld te krijgen. Een andere goede
tip is om het spectief vooral vroeg in
de ochtend te gebruiken, voordat het
aardoppervlak te zeer verwarmd is
geraakt.