Als de gasdruk lager is dan 18 mbar of hoger dan 22,5 mbar, mag het apparaat niet worden aangesloten.
HANDMATIG
Ontsteking van de hoofdbrander en regeling van het warmtevermogen: tab. A, B
Schakel de ontstekingsknop in door deze naar links te draaien op het "vlam"-logo en houd vervolgens de
piëzo-drukknop ingedrukt totdat de hoofdbrander ontsteekt. U kunt de vlam zien in de opening in het
voorpaneel van het apparaat.
Houd de aan/uit-knop een paar seconden ingedrukt totdat de vleesthermometer is opgewarmd en laat dan
de knop los. Als de vlam uitgaat, herhaalt u het proces.
- Het tabblad economische vlam. A, B
Draai de ontstekingsknop naar de stand "economische vlam"; dus de vlam wordt verminderd voor
economisch verbruik.
- Om het apparaattabblad uit te schakelen. A, B
Draai de knop naar de "0"-stand.
Controleer en leeg het vetreservoir regelmatig.
6. REINIGING EN ONDERHOUD
6.1 Veiligheidsinstructies
Elk onderhoud, reiniging en reparatie van het apparaat moet worden uitgevoerd met de stekker uit het
stopcontact (geïsoleerd van alle elektrische bronnen).
Het gebruik van bijtende reinigingsmiddelen en zuiveringszout voor het reinigen is verboden. Er mag geen
water in het apparaat komen.
Dompel het apparaat nooit onder in water of een andere vloeistof.
Gebruik hiervoor de Casselin-producten van het merk.
WAARSCHUWING
Het apparaat kan niet worden gereinigd met een directe waterstraal (geen waterstraal onder druk).
6.2 Dagelijks onderhoud
Reinig het apparaat na elk gebruik met warm water en een schone doek.
Gebruik na het reinigen een zachte, droge doek om het apparaat op te poetsen en te drogen.
Gebruik geen schuursponsjes of andere ijzeren voorwerpen.
Gebruik geen chemicaliën die chloor bevatten.
Gebruik geen scherpe voorwerpen die krassen op het oppervlak kunnen veroorzaken.
Alle onderdelen moeten worden gedroogd.
Bewaar het apparaat op een droge plaats.
6.3 Veiligheidsinstructies voor het onderhoud van het apparaat
Dagelijks controleren of de leidingen niet beschadigd zijn.
Gebruik het apparaat nooit als de slangen beschadigd zijn. Als de slangen defecten vertonen, moeten deze
worden vervangen door een gekwalificeerde technicus.
Neem bij een storing contact op met uw dealer.
Alle onderhouds- of reparatiewerkzaamheden mogen alleen door een vakman worden uitgevoerd.
OPMERKING
Afval van gebruikte apparaten: alle gebruikte apparaten moeten bij het weggooien voldoen aan de geldende
voorschriften in hun land*. Het is absoluut noodzakelijk om het apparaat onbruikbaar te maken voordat het
wordt weggegooid.
* op het gebied van ecologie en recycling
NL