Nederlands
9
Gebruik
VOORZICHTIG
Beschadiging van de zaag
Gebruik van de elektrische machine met on
voldoende gevuld oliereservoir of met niet-
functionerend smeersysteem leidt tot ver
nieling van de oliedoseerpomp en de gehele
zaagmachine.
► Vóór elk begin van het werk het oliepeil in
de oliepeilindicatie [1-9] en het goed func
tioneren van de kettingsmering controle
ren.
9.1
In-/uitschakelen
Vóór het inschakelen
► Vóór het inschakelen moeten alle bevesti
gings- en spanmoeren vastgedraaid wor
den.
► De IS 330 EB met beide handen aanpakken
en zodanig op het te zagen werkstuk zetten
dat de ketting vrij en na het inschakelen niet
in de ingreep is.
Inschakelen
► Aan de zijde op de greep de inschakelver
grendeling [1-1] indrukken en vervolgens
de motorschakelaar [1-3] indrukken.
Uitschakelen
► De schakelaar [1-3] loslaten.
De inschakelblokkering [1-1] gaat naar de uit
gangspositie terug en verhindert zo een onbe
doelde inschakeling. Bij het uitschakelen wordt
gelijktijdig de rem geactiveerd die de nalooptijd
van de ketting aanzienlijk verkort.
De IS 330 EB van het werkstuk pas verwij
deren als de ketting volledig stilstaat.
9.2
Regeling smering van de ketting en van
het zwaard
De hoeveelheid smeerolie kan aan de hand van
het doseerwiel [5-2] geregeld worden. Door in
drukken van het doseerwiel [5-2] kan de positie
0, 1, 2 en MAX tegenover de streepmarke
ring [5-1] ingesteld worden.
88
De positie 0 is de minimale smering voor
zuivere zaagsneden, deze mag echter niet
langdurig gebruikt worden. Na een der
gelijke zaagsnede moeten de ketting en
het zwaard altijd verhoogd doorgesmeerd
worden.
Voor een langdurig gebruik is de hoeveel
heidsinstelling van niveau 2 en MAX ge
schikt.
9.3
Zaagindicator
Zagen zonder geleiderail
Voor het vastleggen van de binnenste snijrand
van de ketting moeten alle kettingindicaties op
de geleideslede gebruikt worden:
bij de rechthoekige zaagsnede:
indicatie 0° [4-1]
–
bij de schuine zaagsnede:
indicatie 45° [4-4]
–
indicatie 60° [4-5]
–
Voor de vastlegging van de buitenste snijrand
gebruikt u de zaagindicator [4-6].
Zagen met geleiderail
Voor het vastleggen van de binnenste snijrand
van de ketting moet alleen
indicatie 0° [4-1]
–
gebruikt worden.
9.4
Parallelaanslag
De parallelaanslag maakt parallelle zaagsne
den langs een parallel lopende kant mogelijk.
► De parallelaanslag [1-4] in de houders in de
geleideslede [1-7] plaatsen en met span
schroeven [1-6] vergrendelen.
9.5
Afzuiging
WAARSCHUWING
Schadelijke stoffen
Aandoening van de luchtwegen
► Nooit zonder afzuiging werken.
► Nationale voorschriften in acht nemen.
► Draag een ademmasker.
10 Accessoires
Onderaan de geleideslede is de IS 330 EB met
een lengtegroef voor het opzetten van de gelei
derail voorzien. Daardoor kan men eenvoudig
en nauwkeurig grotere stukken zagen.
10.1 Geleidesysteem (FS/2)
Voor gemakkelijke en veilige omgang bij het za
gen van grote werkstukken en om nauwkeurige
hoekzaagsneden te realiseren, wordt de toe