Plaatsen en aansluiten
Voorwaarde
• De apparaatkop is verwijderd. (→ Apparaatkop demonteren)
Apparaat opstellen
Zo gaat u te werk:
B, C
• Stel het apparaat ten minste 2 m van de vijverrand op.
• Stel het apparaat alleen in de toegestane posities op. Hierdoor is een foutloos bedrijf gewaarborgd.
• Houd voldoende vrije ruimte voor onderhoudswerkzaamheden.
• Bouw de apparaatkop weer in, nadat u de behuizing op de ondergrond hebt vastgeschroefd. (→ Apparaatkop mon-
teren)
Aansluitingen uitvoeren
Zo gaat u te werk:
D
1. Indien nodig, slangpilaar op de diameter van de gebruikte slang inkorten.
– Hierdoor worden drukverliezen verminderd.
2. Schuif de slangklem over de slang, steek de slang op de slangtule en zet deze vast met de slangklem.
– Bij een slangpilaar met afzonderlijke warten eerst de warten over de slang schuiven.
3. Sluit de slangpilaar met pakking aan op de behuizing.
– Ingang en uitgang aansluiten.
– Slangpilaar handvast aandraaien.
Ingebruikname
Voorwaarde
• Schakel eerst de pomp in en daarna het UVC-zuiveringsapparaat.
• Controleer alle aansluitingen op dichtheid.
Inschakelen/uitschakelen
• Inschakelen: Steek de netstekker in het stopcontact.
– Het apparaat schakelt onmiddellijk aan.
• Uitschakelen: Trek de netstekker uit het stopcontact.
Functie controleren
E
• De functieweergave brandt, als de UV-C-lamp is ingeschakeld.
Reiniging en onderhoud
OPMERKING
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of chemische oplossingen. Deze middelen kunnen de behuizing bescha-
digen en de werking van het apparaat in het gedrang brengen; ze zijn tevens schadelijk voor dieren, planten en het
milieu.
Reinig de behuizing uitsluitend met schoon water en een zachte borstel.
• Aanbevolen reinigingsmiddelen bij hardnekkige kalkaanslag:
– Azijn- en chloorvrije huishoudreiniger.
- NL -
21