38) Laat het gereedschap altijd eerst afkoelen voordat u
hem opbergt.
39) Let er bij het onderhouden van het maaimes op dat
ondanks dat de aandrijving is uitgeschakeld, het
maaimes nog steeds kan bewegen.
40) Vervang veiligheidshalve versleten of beschadigde
delen. Gebruik uitsluitend originele
vervangingsonderdelen en accessoires.
41) Wees voorzichtig tijdens het afstellen van het
gereedschap om te voorkomen dat uw vingers
bekneld raken tussen het bewegende maaimes en
een vast onderdeel van het gereedschap.
42) Controleer voor gebruik het netsnoer en verlengsnoer
op tekenen van beschadiging of slijtage. Als het snoer
4. TECHNISCHE GEGEVENS
Model:
Nominale spanning:
Nominale frequentie:
Nominaal vermogen:
Onbelast toerental:
Maaibreedte:
Gegarandeerd
geluidsvermogenniveau:
L
(SPL) ter plaatse van de gebruiker:
pA
Gegarandeerd trillingsniveau:
Inhoud van grasopvangbak:
Nettogewicht:
Beschermingsklasse tegen water:
Maaihoogteregeling:
5. ONDERDELEN AANBRENGEN
EN VERWIJDEREN
5-1 HET WIEL MONTEREN
Steek de as op de afdekplaat van het voorwiel en
achterwiel op het wiel en draai hem daarna in het gat van
de steun voor het wiel (zie afb. 2).
WAARSCHUWING: De hoogte moet voor alle
wielen gelijk zijn.
5-2 DE INKLAPBARE HANDGREEP
MONTEREN
A) Steek de onderste gedeelten van de handgreep in de
desbetreffende gaten van het onderstel en zet deze
daarna met schroevendraaier vast met de
bijgeleverde schroef (zie afb. 3, 4 en 5).
B) Zet de bovenste gedeelten van de handgreep met de
vergrendelknoppen vast op de onderste gedeelten
van de handgreep (zie afb. 6 en 7).
C) Plaats het snoer op de buis van de handgreep. Klem
het met de snoerklem vast op het midden van het
onderste gedeelte van de handgreep en verzeker u
ervan dat het snoer aan de buitenkant van de
handgreep is bevestigd. Het snoer kan anders
bekneld raken bij het openen/sluiten van de
achterklep (zie afb. 8).
30
tijdens gebruik beschadigd raakt, moet u de stekker
onmiddellijk uit het stopcontact trekken. RAAK HET
SNOER NIET AAN VOORDAT DE STEKKER UIT
HET STOPCONTACT IS GETROKKEN. Gebruik het
gereedschap niet als het netsnoer beschadigd of
versleten is.
43) Als het netsnoer beschadigd is, moet het worden
vervangen door de fabrikant, haar servicecentrum of
een soortgelijke, vakbekwame persoon om gevaarlijke
situaties te voorkomen.
3. BESCHRIJVING VAN DE
ONDERDELEN (zie afb. 1)
ELM3311
230 V~
50 Hz
1.100 W
2.900/min
330 mm
96 dB (A)
75,4 dB (A), K = 3 dB (A)
2
0,672 m/s
, K = 1,5 m/s
27 liter
13,1 kg
IPX4
20/40/55 mm, 3 standen
5-3 DE GRASOPVANGBAK
AANBRENGEN EN VERWIJDEREN
1. Aanbrengen: til de achterklep op en haak de
grasopvangbak aan de achterkant van de grasmaaier
(zie afb. 9, 10 en 11).
2. Verwijderen: til de achterklep op en verwijder de
grasopvangbak.
Op de bovenkant van de grasopvangbak zit een niveau-
aanduiding die aangeeft of de grasopvangbak leeg of vol
is (zie afb. 12A en 12B):
- De niveau-aanduiding staat open wanneer de
grasopvangbak nog niet vol zit tijdens het maaien
(zie afb. 12B).
- Als de grasopvangbak vol is, zakt de niveau-aanduiding
omlaag. Nadat dit is gebeurt, stopt u onmiddellijk met
maaien en maakt u de grasopvangbak leeg. Controleer
of de grasopvangbak schoon is en het luchtrooster open
is (zie afb. 12A).
BELANGRIJK
Als de opening van de niveau-aanduiding erg vuil is, zal de
niveau-aanduiding niet open gaan. In dat geval maakt u de
opening van de niveau-aanduiding onmiddellijk schoon.
6. DE MAAIHOOGTE INSTELLEN
De maaihoogte wordt ingesteld door de wielas in het
overeenkomstige gat te plaatsen.
77,6 dB (A), K = 3 dB (A)
2
0,917 m/s
20/40/55 mm, 3 standen
ELM3711
230 V~
50 Hz
1.300 W
2.900/min
370 mm
96 dB (A)
2
2
, K = 1,5 m/s
35 liter
14,9 kg
IPX4