NL
INSTALLATIE ONTVANGER
1) Haal de elektronische kaart uit de plastic box.
2) Bevestig de plastic box met de kabelingang naar beneden
gericht in de nabijheid van de besturingseenheid van de poort
(afb.5) en dek de schroeven met de daarvoor bestemde dopjes
af.
3) Steek de elektronische kaart voorzichtig in de plastic box.
4) Sluit de uitgang "COSTA1" (LIJST1) van de ontvanger op de
veiligheidsingang van de besturingseenheid van de poort aan.
Houd de kabels zo dicht mogelijk bij het klemmenbord (afb.6).
5) Selecteer met behulp van het bruggetje (deel 7 op afb.7) de
uitgang "COSTA1" (LIJST1)die het best past bij de
veiligheidsingang van de besturingseenheid, dat wil zeggen van
het type N.C. of 8,2KOhm.
6) Sluit de stroomvoorziening pas dan op de desbetreffende
klemmen van de ontvanger aan (deel 5 op afb. 7) nadat u de
correcte spanning door middel van het bruggetje (deel 8 op afb.
7) hebt geselecteerd.
PROGRAMMERING
1) Druk op de knop voor geheugenopslag Pr1 op de ontvanger
(deel 3 op afb. 7). De led daarnaast begint te knipperen.
2) Druk binnen enkele seconden zolang op de knop Pt1 op de
zender (deel 1 op afb. 4) tot de led daarnaast gaat knipperen.
Als deze handeling met goed gevolg wordt afgesloten, zal de
pieper in de ontvanger een geluid afgeven.
46