NL
REINIGING EN ONDERHOUD
HET FILTERSYSTEEM REINIGEN
Reinig het filtersysteem regelmatig, zodat de filters niet verstoppen en het
afvalwater correct weg stroomt.
Het gebruik van vaatwasmachines met verstopte filters of vreemde voor-
werpen in het filtersysteem of de sproeiarmen kan de slechte werking er-
van en bijgevolg lagere prestaties, lawaai of een hoger verbruik van hulp-
bronnen veroorzaken.
Het filtersysteem bestaat uit drie filters die voedselresten uit het afwaswa-
ter verwijderen en vervolgens het water opnieuw laten circuleren.
De afwasmachine mag niet worden gebruikt zonder filters of als het
filter is losgeraakt.
Controleer tenminste eens per maand of na elke 30 cyclussen het filter-
systeem en reinig het eventueel grondig onder stromend water, met een
niet-metalen borstel en volgens de onderstaande instructies:
1. Draai het cilindrische filter A linksom en trek het uit (Afb. 1). Bij het te-
rugplaatsen van het filter is het belangrijk dat de twee driehoeken
die op de vergroting zijn aangegeven, elkaar raken.
2. Verwijder het houderfilter B door licht op de zijkleppen te drukken (Afb. 2).
3. Schuif de roestvrij stalen plaat filter C er uit (Afb. 3).
4. Als u vreemde voorwerpen vindt (gebroken glas, porselein, beenderen,
zaden van vruchten, enz.), verwijdert u ze zorgvuldig.
5. Inspecteer de sifon en verwijder eventuele voedselresten. VERWIJDER
NOOIT de pompbescherming van het wasprogramma (aangegeven
door de pijl) (Afb. 4).
Na het schoonmaken van het filter het filtersysteem opnieuw plaatsen en
goed op zijn plaats zetten; dit is essentieel voor het behoud van de efficiën-
te werking van de afwasmachine.
DE SPROEIERARMEN REINIGEN
Het het hoogste rek heeft een vaste waterbuis waarvan alle sproeiers naar
boven zijn gericht. Om de buis schoon te maken, schuift u het rek naar bui-
ten. Met een pincet kunt u dingen uit de sproeiers verwijderen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Als uw vaatwasmachine niet goed werkt, doorloopt u de onderstaande lijst om te controleren u of u het probleem kunt verhelpen. Voor andere
fouten of problemen neemt u contact op met de bevoegde Consumentenservice, de contactgegevens ervan vindt u in de garantieboekje.
Reserveonderdelen zijn beschikbaar voor een periode van maximaal 7 of maximaal 10 jaar, afhankelijk van de regels die van toepassing zijn.
PROBLEMEN MOGELIJKE OORZAKEN
De zoutindica-
Zoutreservoir is bijna leeg.
tor brandt
De zoutindica-
Zoutreservoir is leeg.
tor knippert
Glansspoelmid-
Glansspoelmiddelbakje is leeg. (Na het bijvullen
delindicator
kan de glansspoelmiddelindicator nog even blijven
brandt of knippert
branden).
De ontkalkingsin-
dicator brandt of
Er zit kalkaanslag op de interne onderdelen van het
knippert; het
apparaat.
alarm „dES" wordt
weergegeven.
Het apparaat is niet goed aangesloten.
Stroomuitval.
De afwasmachine
De deur van de afwasmachine is niet goed geslo-
start niet of reageert
ten. De pin NaturalDry is niet ingetrokken.
niet op opdrachten.
Een programma wordt onderbroken als de deur
langer dan 4 seconden wordt geopend.
Het bedieningspaneel reageert niet of F6 E1
wordt weergegeven.
44
Af en toe kunnen er voedsel-
resten op de sproeierarmen
vastzitten en worden de
openingen voor het water
sproeien geblokkeerd. Het
is daarom raadzaam dat u
de armen van tijd tot tijd
controleert en ze met een
kleine niet-metalen borstel
schoonmaakt.
U kunt de bovenste sproeier
alleen samen met het spruit-
stuk verwijderen.
OPLOSSINGEN
Vul het reservoir met zout (voor meer informatie - zie HET ZOUTRESERVOIR BIJVULLEN). Controleer
zo nodig de instelling van de waterhardheid - zie TABEL WATERHARDHEID.
Vul het reservoir zo snel mogelijk met zout. Gebruik van het apparaat zonder zout kan de interne
onderdelen beschadigen.
Vul het reservoir met een glansspoelmiddel (zie - HET GLANSSPOELMIDDELRESERVOIR BIJVULLEN).
Ontkalk het apparaat onmiddellijk met behulp van het Zelfreinigendsprogramma en een in
de handel verkrijgbaar ontkalkingsmiddel (zie OPTIES EN FUNCTIES). Vul het reservoir met zout.
Controleer de instelling van de waterhardheid. Als het apparaat niet wordt ontkalkt, werkt het
niet meer.
Steek de stekker in het stopcontact.
Om veiligheidsredenen start de vaatwasser niet automatisch opnieuw op wanneer de stroom
weer beschikbaar is.Open de deur van de vaatwasmachine, druk op de START/Pauze-toets en
sluit de deur binnen 4 sec.
De deur krachtig aanduwen totdat u de „klik" hoort.
Druk op START/Pauze en sluit de deur binnen 4 seconden.
Schakel het apparaat uit door op de toets AAN/UIT/Reset te drukken, schakel het na ongeveer een
minuut weer in en start het programma opnieuw. Als het probleem niet is verholpen, trekt u de
stekker van het apparaat 1 minuut uit het stopcontact en plaatst u hem weer terug.
A
1
C
3
De onderste sproeierarm kan worden
verwijderd door het omhoog te trek-
ken. Trek de sproeiarm omhoog en
draai hem rechtsom om hem weer te
bevestigen
De bovenste sproeierarm kan wor-
den verwijderd door deze omhoog
te duwen en linksom te draaien. Trek
de sproeiarm omhoog en draai hem
rechtsom om hem weer te bevestigen.
B
A
2
4