4. draadloze controller (niet meegelev.)
5. ingang voor controller (incl.)
6. uitgang voor controller
7. voedingsingang en zekeringhouder
8. aan-uitschakelaar
b. Regeling van de hoek
• Schroef beide knoppen los en verwijder ze.
• Kies de gewenste hoek.
• Schroef de knoppen terug op hun plaats.
c. Leds
• Rode led: het toestel warmt op.
• Groene led: het toestel is klaar voor gebruik.
d. Turbofunctie
Deze functie blijkt heel nuttig wanneer u een krachtigere rookuitstoot wenst in bv. een koude omgeving (de
rookvloeistof wordt door een koude omgeving beïnvloed) of wanneer de vloeistof ietwat verdund is.
c. DMX
• DMX512-aansluiting
Sluit de meegeleverde XLR-kabel aan de vrouwelijke 3-pin XLR-uitgang van de controller en de andere
kant van de mannelijke 3-pin XLR-ingang van de VDP1500ASM. U kunt verscheidene VDP1500ASM's aan
elkaar koppelen met behulp van een seriële koppeling. Gebruik daarvoor een 2-aderige afgeschermde
kabel met XLR ingang- en uitgangsaansluitingen.
• DMX512-keten met eindweerstand
• Startadres instellen
Alle DMX-gestuurde toestellen hebben een digitaal startadres nodig, zodat het juiste toestel reageert op de
signalen. Dit digitale startadres is het kanaalnummer van waarop het toestel "luistert" naar het signaal van de
DMX controller. Geef het correcte nummer in en lees het af op de display onderaan uw VDP1500ASM. U kunt
één enkel startadres gebruiken voor een groep toestellen of u kunt per toestel een nieuw startadres ingeven.
Wanneer u één enkel startadres instelt, zullen alle toestellen "luisteren" naar hetzelfde kanaal. Met andere
woorden: wanneer u de instellingen voor 1 kanaal verandert, zullen alle toestellen er tegelijk op reageren.
Wanneer u verschillende adressen instelt, dan luistert elk toestel naar een ander kanaal. Met andere
woorden: wanneer u de instellingen van een kanaal verandert, zal enkel het toestel op dat kanaal reageren.
In het geval van de 1-kanaals VDP1500ASM, zult u het startadres van het eerste toestel op 1 moeten
instellen, van het tweede toestel op 2 (1 + 1), van het derde op 3 (2 + 1) enz.
VDP1500ASM_v2
Een DMX eindweerstand is aanbevolen als de DMX-kabel vrij lang is of wordt gebruikt in
een omgeving met veel elektrische ruis (bv. een discotheek). De eindweerstand voorkomt
corruptie van het digitale controlesignaal door elektrische ruis. De DMX eindweerstand is
niets meer dan een XLR-stekker met een weerstand van 120 van pin 2 naar 3. Deze
XLR-stekker wordt dan aangesloten op de XLR-uitgang van het laatste toestel in de reeks.
Zie de illustraties links.
8
HQPOWER