Moet de luchtafvoer in een rook- of afvoergas-
▶
schoorsteen worden geleid die niet in gebruik is,
dan dient hiervoor toestemming van een vakbe-
kwame schoorsteenveger te worden verkregen.
Teruggezogen verbrandingsgassen kunnen leiden
tot vergiftiging.
Wanneer een afzuigkap wordt geïnstalleerd met
▶
een haard die afhankelijk is van de ruimtelucht,
dan moet de stroomtoevoer van de afzuigkap zijn
voorzien van een geschikte veiligheidsschakeling.
Aanwijzingen voor de elektrische
aansluiting
Om het apparaat elektrisch veilig te kunnen aanslui-
ten, dient u deze aanwijzingen in acht te nemen.
WAARSCHUWING ‒ Kans op elektrische
schok!
Het apparaat moet op elk gewenst moment van de
stroom kunnen worden afgesloten. Het apparaat
mag alleen op een geaard stopcontact worden aan-
gesloten die volgens de voorschriften is geïnstal-
leerd.
In de vast geplaatste elektrische installatie moet
▶
een alpolige scheidingsinrichting volgens de voor-
waarden van de overspanningscategorie III en vol-
gens de opbouwvoorschriften worden ingebouwd.
De vaste aansluiting mag alleen door een elektri-
▶
cien worden aangelegd. Wij adviseren een aard-
lekschakelaar (FI-schakelaar) in de stroomkring
naar het apparaat te installeren.
De aansluitkabel niet knikken of inklemmen en uit
¡
de buurt van scherpe randen houden.
De aansluitkabel zodanig plaatsen dat deze de he-
¡
te behuizing van het apparaat niet raakt.
Alleen de bij het apparaat meegeleverde of door
¡
de technische servicedienst geleverde aansluitka-
bel gebruiken.
Dit apparaat voldoet aan de ontstoringsvoorschrif-
¡
ten van de EG.
Het apparaat is conform de beschermingsklasse
¡
1. Daarom het apparaat alleen met een aard-
draadaansluiting gebruiken.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor bedrijfs-
¡
storingen of mogelijke schade als gevolg van een
onjuiste elektrische installatie.
Elektrische aansluiting voorbereiden
Vereiste: Alleen de daarvoor bestemde service-
dienst mag werkzaamheden aan het binnenste van
het apparaat uitvoeren of het netsnoer vervangen.
De aanwijzingen voor de elektrische aansluiting in
1.
acht nemen.
Bij een foute montage, een ondeskundige inbouw
of aansluiting vervalt de garantie.
Is er een langere netkabel nodig, neem dan con-
2.
tact op met de servicedienst. Er zijn kabels tot
2,20 m beschikbaar.
Bij apparaten zonder vooraf geïnstalleerde kabel,
3.
de netkabel in de aansluitdoos steken.
Aansluitdoos openen
Het deksel van de aansluitdoos optillen met be-
▶
hulp van een schroevendraaier.
→ Fig.
17
Aansluitdoos voorbereiden
De schroef losdraaien.
1.
→ Fig.
18
Til de trekontlasting op met behulp van een
2.
schroevendraaier.
→ Fig.
19
42
Maak de trekontlasting los.
3.
→ Fig.
20
Kabel in aansluitdoos aansluiten
Bij 3 N de kabel volgens de volgende afbeelding
1.
op de aansluitdoos aansluiten.
→ Fig.
21
Bij 2 N de kabel volgens de volgende afbeelding
2.
op de aansluitdoos aansluiten.
→ Fig.
22
Bij 1 N de kabel volgens de volgende afbeelding
3.
op de aansluitdoos aansluiten.
→ Fig.
23
Bij 2 L / 2 N de kabel volgens de volgende af-
4.
beelding op de aansluitdoos aansluiten.
→ Fig.
24
De kleuren van de kabels in acht nemen.
5.
– BN: bruin
– BU: blauw
– GN/YE: groen en geel
– BK: zwart
– GY: grijs
Indien nodig de meegeleverde koperbrugge over-
6.
eenkomstig het aansluitschema inbouwen.
De kabels aansluiten en dan de schroeven aan de
7.
aansluitdoos aantrekken.
Bij een aansluiting 1N~ of 2L / 2N conform het
8.
aansluitschema komt 1 overeen met de ventilator-
motor.
Bij een aansluiting van 2N~/3N~ komt de fase L1
9.
(grey) overeen met de ventilatormotor.
Kabel in de aansluitdoos bevestigen
Het netsnoer met de trekontlasting bevestigen.
1.
De schroef op de juiste positie aantrekken.
2.
Geen accuschroevendraaier gebruiken.
‒
→ Fig.
25
Om het sluiten van de aansluitdoos te vergemak-
3.
kelijken, de kabels in het middelste gedeelte van
de aansluitdoos aanbrengen.
Sluit het deksel van de contactdoos.
4.
QR-code elektrische aansluiting
Hier vindt u de QR-code voor de video voor de elek-
trische aansluiting.
→ Fig.
26
Aanwijzingen m.b.t. de luchtafvoerleiding
De fabrikant van het apparaat geeft geen garantie bij
klachten die te wijten zijn aan het buizentraject.
Een korte, rechte afvoerbuis met een zo groot mo-
¡
gelijke buisdiameter gebruiken.
Lange, ruwe afvoerbuizen, vele buisbochten of
¡
kleine buisdiameters verminderen het afzuigver-
mogen en verhogen het ventilatorgeluid.
Een afvoerbuis van niet brandbaar materiaal ge-
¡
bruiken.
Om het teruglopen van condens te vermijden, de
¡
afvoerbuis vanuit het apparaat met 1° verval mon-
teren.
Aanwijzing voor de luchtafvoerfunctie
Voor de luchtafvoerfunctie moet een terugslagklep
worden ingebouwd.
Opmerkingen
Wanneer bij het apparaat geen terugslagklep is
¡
meegeleverd, dan kan men een terugslagklep in
de vakhandel verkrijgen.
Wanneer de afvoerlucht door de buitenwand wordt
¡
geleid, dan moet een telescopische muurcassette
worden gebruikt.