NL
BE
Controleer eerst of het apparaat
geen voorwerpen raakt alvorens
het in te schakelen. Zorg ervoor dat
het veilig opgesteld is.
1. Om het apparaat in te schakelen, drukt
u op de aan-/uitknop (4).
2. Bedien de volumeregelaar (3) om het
zuig-/blaasvermogen te regelen.
drukken = een niveau hoger
drukken = een niveau lager
De 4 led's onder de laadindicator (18)
geven aan op welk niveau het zuig-/
blaasvermogen zich bevindt.
3. Voor het uitschakelen drukt u eenmaal
kort op de in-/uitschakelaar (4).
Turbo-modus
1. Houd de turboknop (3.1) ingedrukt om
het zuig-/blaasvermogen gedurende
maximaal 15 seconden op turbovermo-
gen te brengen.
2. Laat de turboknop los om de turbo-mo-
dus te verlaten.
Laadtoestand van de accu
controleren
De laadindicator (18) geeft de laadtoestand
van de accu (5) tijdens het bedrijf aan.
De laadtoestand van de accu wordt aan-
geduid met de daartoe voorziene led's die
beginnen te branden.
Drie led's branden (rood, oranje en groen):
Accu geladen
Twee led's branden (rood en oranje):
Accu gedeeltelijk geladen
86
Eén led brandt (rood):
Accu moet worden geladen
Werken met het apparaat
De bladzuiger/-blazer mag
alleen voor de volgende toe-
passingen worden gebruikt:
-
Als blazer voor het bijeenbren-
gen van dor gebladerte, afkom-
stig uit moeilijk toegankelijke
plaatsen (bijvoorbeeld onder
personenauto's)
-
Als aanzuiging voor het aanzui-
gen van dor, droog gebladerte.
Bij de zuigfunctie dient het ap-
paraat ook als hakselmachine.
De droge bladeren worden fijn-
gehakt, hun volume verlaagd
en op een eventuele composte-
ring voorbereid. De intensiteit
van de verbrijzeling hangt van
de grootte van het gebladerte
en van de nog aanwezige, res-
terende vochtigheid af.
Iedere andere dan de hierboven
beschreven toepassingen kan
tot beschadigingen aan de ma-
chine leiden en een gevaar voor
de gebruiker betekenen.
Bij de werkzaamheden dient u erop
te letten dat u met het apparaat
niet stoot tegen harde voorwerpen, die
beschadigingen kunnen veroorzaken. Zuig
geen vaste objecten, zoals stenen, dikke of
afgesneden takken, sparappels of dergelij-
ke aan omdat deze het apparaat en meer
in het bijzonder de hakselinrichting zouden
kunnen beschadigen.
Herstellingen van deze aard res-
sorteren niet onder de garantie.