►►6. WERKING
WAARSCHUWING: Om het toestel correct te kunnen ge-
bruiken en risico's te vermijden, moet u de "INFORMA-
TIE BETREFFENDE DE VEILIGHEID" lezen, begrijpen en
uitvoeren voordat u het verwarmingstoestel in werking
stelt.
WAARSCHUWING: Controleer of de voedingskabel per-
fect intact is en of de elektrische kenmerken van het
elektriciteitsnet overeenkomen met de gegevens ver-
meld op het typeplaatje met technische gegevens van
het verwarmingstoestel.
WAARSCHUWING: Gebruik het verwarmingstoestel
nooit zonder dat alle onderdelen correct zijn gemonteerd
(waar voorzien) en controleer of het verwarmingstoestel
op een perfect vlak, stabiel en genivelleerd oppervlak is
geplaatst.
►►6.1. INSCHAKELING:
►6.1.1. Sluit het verwarmingstoestel aan op het stopcontact
(Fig. 3).
►6.1.2. Draai de keuzeschakelaar van het vermogen naar de
gewenste modaliteit (Fig. 4).
De volgende instellingen zijn mogelijk:
•• Wanneer u de keuzeschakelaar van het vermogen op "VEN-
TILATIE" zet, zal het verwarmingstoestel uitsluitend in werk-
wijze ventilatie werken.
•• Wanneer u de keuzeschakelaar van het vermogen op "I" zet,
werkt het verwarmingstoestel op verwarmingsvermogen 1.
•• Wanneer u de keuzeschakelaar van het vermogen op "II" zet,
werkt het verwarmingstoestel op verwarmingsvermogen 2.
AANDACHT: EEN REEKS SENSOREN CONTROLEREN DE
CORRECTE WERKING VAN HET VERWARMINGSTOESTEL
EN BLOKKEREN HET TOESTEL IN GEVAL ER ZICH EEN
ERNSTIGE STORING VOORDOET. DE WERKING WORDT
NIET AUTOMATISCH HERVAT MAAR MOET HANDMATIG
WORDEN UITGEVOERD NADAT HET VERWARMINGSTOE-
STEL VOLLEDIG AFGEKOELD IS. VERHELP DE MOGELIJ-
KE OORZAAK DIE TOT DE BLOKKERING VAN HET VER-
WARMINGSTOESTEL GELEID HEEFT (BIJV. AFSLUITING
►►8. PROBLEMEN VASTSTELLEN
PROBLEEM
MOGELIJKE OORZAAK
Het verwar-
1. Keuzeschakelaar vermogen in stand
mingstoestel
"0/OFF"
werkt niet
2. Foutieve instelling van de omge-
vingsthermostaat
3. Geen voeding
4. Verwarmingstoestel geblokkeerd
De motor werkt
1. Motor defect
niet
2. Ventilator geblokkeerd
Het verwar-
1. Keuzeschakelaar vermogen in stand
mingstoestel
"VENTILATIE"
verwarmt niet
2. Interne apparatuur defect
Beperkte lucht-
1. Luchtinlaat verstopt
stroom
2. Motor defect
VAN DE LUCHTINLAAT, ONVOLDOENDE LUCHTAANVOER,
ENZ.) EN DRUK LICHT OP DE HERSTELKNOP "RESET"
(Fig. 5) (indien aanwezig). INDIEN U ER NA ENKELE POGIN-
GEN NIET IN SLAAGT OM HET VERWARMINGSTOESTEL
OPNIEUW IN WERKING TE STELLEN, MOET U CONTACT
OPNEMEN MET HET ASSISTENTIECENTRUM.
►►6.2. UITSCHAKELING:
►6.2.1. Zet de keuzeschakelaar van het vermogen op "0/OFF"
(Fig. 6) en laat de ventilator in werking tot volledige stilstand.
►6.2.2. Sluit het verwarmingstoestel af van het elektriciteitsnet
(Fig. 7).
AANDACHT: VOOR EEN CORRECTE UITSCHAKELING HET
VERWARMINGSTOESTEL NOOIT VAN HET ELEKTRICI-
TEITSNET AFSLUITEN VOORDAT DE VENTILATOR VOLLE-
DIG TOT STILSTAND GEKOMEN IS.
EEN VERKEERDE UITSCHAKELING KAN DE BLOKKERING
VAN HET PRODUCT VEROORZAKEN. DRUK OM HET VER-
WARMINGSTOESTEL TE DEBLOKKEREN LICHT OP DE
HERSTELKNOP "RESET" (Fig. 5) (indien aanwezig).
►►7. OPBERGEN
Sluit het verwarmingstoestel altijd af van het elektriciteitsnet
(Fig. 7), wanneer het toestel niet gebruikt wordt moet u voordat
u het opbergt enkele minuten wachten tot het toestel volledig is
afgekoeld. Plaats het toestel op een droge plaats, beschermd
tegen stof. Wanneer het verwarmingstoestel opnieuw wordt ge-
bruikt, moet u de staat van de voedingskabel (waar aanwezig)
controleren; indien u twijfelt of die in goede staat is gebleven,
moet u het assistentiecentrum een interventie laten uitvoeren.
Laat het assistentiecentrum in ieder geval de correcte werking
van het verwarmingstoestel minstens eenmaal per jaar en/of
volgens de noodwendigheden controleren.
MOGELIJKE OPLOSSING
1. Draai de keuzeschakelaar van het vermogen naar de gewenste
modus
2. Controleer of de ingestelde temperatuur op de omgevingsthermo-
staat hoger is dan de buitentemperatuur
3a. Steek de stekker correct in het stopcontact
3b. Controleer of uw elektrische installatie correct werkt
3c. Wend u tot het assistentiecentrum
4a. Herstel het verwarmingstoestel met de daarvoor bestemde
herstelknop "RESET"
4b. Wend u tot het assistentiecentrum
1. Wend u tot het assistentiecentrum
2a. Neem de obstructies weg
2b. Wend u tot het assistentiecentrum
1. Draai de keuzeschakelaar van het vermogen naar het gewenste
verwarmingsvermogen
2. Wend u tot het assistentiecentrum
1a. Neem de obstructies weg
1b. Wend u tot het assistentiecentrum
2. Wend u tot het assistentiecentrum
en
it
de
es
fr
nl
pt
da
fi
no
sv
pl
ru
cs
hu
sl
tr
hr
lt
lv
et
ro
sk
bg
uk
bs
el
zh