• Voorkom een onnatuurlijke lichaamshouding. Zorg
voor een stabiele positie en zorg ervoor dat u altijd
stabiel staat. Daardoor kunt u het elektrische gereed-
schap in onverwachte situaties beter onder controle
houden.
• U hebt betere controle als u met de onderkant van het
zwaard zaagt (met trekketting).
• De zaagketting mag tijdens en na het zagen de grond
of een ander voorwerp niet raken.
• Neem ook de voorzorgsmaatregelen tegen terugslag
in acht (zie veiligheidsinstructies).
10.1
Juiste houding
GEVAAR
Gevaar voor letsel!
–
Nooit op onstabiele oppervlakken werken!
–
Nooit boven schouderhoogte werken!
–
Nooit staand op ladders werken!
–
Werk niet te ver vooruit!
–
Gebruik het product alleen bij gunstige weers- en
terreinomstandigheden!
–
Sta met beide voeten stevig op de grond.
–
Wacht op obstakels in het werkgebied.
–
Houd het product tijdens het werken altijd met beide
handen vast!
10.2
Zo zaagt u op de juiste wijze!
• Oefen gelijkmatige druk uit op het product, maar ge-
bruik geen overmatige kracht.
• Plaats indien mogelijk het product met de klauwaan-
slag op de te zagen tak.
• Werk nooit zonder klauwaanslag. Het product kan de
operator naar voren trekken.
• Gebruik de klauwaanslag voor het zagen van boom-
stammen of dikke takken.
• Het gebruik van de klauwaanslag verhoogt de ar-
beidsveiligheid, vermindert de persoonlijke belasting
tijdens het werk en vermindert ook de trillingen.
• Indien een vreemd voorwerp is geraakt. Controleer
het product op beschadigingen en voer de noodzake-
lijke reparaties uit voordat u het product opnieuw start
en ermee gaat werken. Indien het product bij het star-
ten ongewoon sterk trilt, moet deze direct worden on-
derzocht.
10.3
Zaagtechnieken
10.3.1
Trekkend zagen
Bij deze techniek met de onderkant van het kettingzwaard
van boven naar beneden gezaagd.
De zaagketting schuift het product naar voren, weg van
de gebruiker. Hier vormt de voorkant van het product een
steun die de krachten absorbeert die op de boomstam
ontstaan tijdens het zagen. Bij het trekken van de zaag
heeft de gebruiker veel meer controle over het product en
kan hij terugslag beter vermijden.
10.3.2
GEVAAR
Levensgevaarlijke letsels!
Als het kettingzwaard kantelt, kan het product met grote
kracht in de richting van de gebruiker worden geslin-
gerd.
Als de gebruiker geen tegenwicht biedt tegen de kracht
van de naar achteren duwende zaagketting met zijn fy-
sieke kracht, bestaat het risico dat alleen de punt van
het kettingzwaard contact maakt met het hout, wat te-
rugslag tot gevolg heeft.
Bij deze techniek wordt met de bovenkant van het gelei-
deblad van onder naar boven gezaagd.
De zaagketting duwt het product naar achteren in de rich-
ting van de gebruiker.
10.3.3
Afkorten is het zagen van gekapte boomstammen in klei-
ne stukken. Indien mogelijk moet de stam worden onder-
bouwd en ondersteund door takken, balken of wiggen.
• Neem altijd een stevige stabiele stand in en ge-
bruik de kettingzaag uitsluitend als u op een stevi-
ge, veilige en vlakke grond staat. Een gladde of een
onstabiele ondergrond kan leiden tot evenwichtsver-
lies of verlies van de controle over de kettingzaag.
• Ga altijd boven de tak staan als u op hellingen zaagt.
Let op dat de zaagketting niet in aanraking komt met
de grond. Wacht na het zagen tot de zaagketting tot
stilstand is gekomen voordat u het product verwijdert.
• Schakel de motor van het product altijd uit voordat u
van werkstation naar werkstation gaat.
10.3.3.1
• De zaagketting mag tijdens en na het zagen de grond
of een ander voorwerp niet raken.
• Zaag vanaf de bovenkant helemaal door de stam
heen.
• Als het mogelijk is om de stam te draaien, zaagt u 2/3
ervan door.
Draai de stam vervolgens om en zaag de rest van de
stam van bovenaf door.
10.3.3.2
• Zaag eerst 1/3 van de stamdiameter van onder naar
boven door (met de bovenkant van het kettingzwaard)
om splinteren te voorkomen.
• Zaag vervolgens van boven naar beneden (met de
onderkant van het kettingzwaard) in de richting van de
eerste zaagsnede om vastlopen te voorkomen.
10.3.3.3
• Zaag eerst 1/3 van de stamdiameter van boven naar
beneden door (met de onderkant van het ketting-
zwaard).
• Zaag vervolgens van onder naar boven (met de bo-
venkant van het kettingzwaard) totdat de zaagsneden
samenkomen.
10.3.3.4
1. Houd het product stevig met beide handen vast en
leid het product voor het lichaam terwijl u zaagt.
www.scheppach.com
Duwend zagen
Afkorten
Stam ligt op de grond (afb. 6)
De stam wordt aan één uiteinde
ondersteund (afb. 7)
De stam wordt aan beide uiteinden
ondersteund (afb. 8)
Zagen op een werkbok (afb. 9)
NL | 89