STAP 5: Druk op de knop "TIME/ON" (U), het display toont standaard "00". Druk herhaaldelijk op de "TIME/ON"-knop (U), en één keer
drukken verhoogt de tijd met één uur, om de uitschakeltijd in te stellen tussen 00-24 uur. Een voorbeeld van het instellen van de
inschakeltijd op 7:00 uur wordt getoond in Figuur 9D.
STAP 6: Druk op de knop "TIME/OFF" (W), het display toont standaard de vorige inschakeltijd. Druk herhaaldelijk op de knop
"TIME/OFF" (W), waarbij één keer drukken de tijd met één uur verhoogt om de uitschakeltijd in te stellen tussen 00-24 uur. Een
voorbeeld van het instellen van de uitschakeltijd op 13:00 uur wordt getoond in Figuur 9E.
OPMERKING: De ingestelde tijd uit kan niet eerder zijn dan de ingestelde tijd aan. Wanneer vast "TIME/ON" hetzelfde is als
"TIME/OFF", gaat het apparaat naar de stand-bymodus.
STAP 7: Druk op de PLUS-knop (K) of de MINUS-knop (L) om de gewenste temperatuur in te stellen tussen 10 en 49 graden Celsius.
STAP 8: Door de stappen 3-7 hierboven te herhalen, kunt u het weekprogramma instellen voor de gewenste werkdagen.
STAP 9: Druk vervolgens op de knop "OK" (M) om de instelling te bevestigen.
10). Om de weekprogrammafunctie te annuleren, drukt u nogmaals op de weekprogrammaknop (P), het lampje "P" op het display
verdwijnt. Het weekprogramma staat uit.
Nadat de bovenstaande instellingen zijn voltooid en het weekprogramma werkt, kunt u alle ingestelde parameters controleren door op
de knop "DAY" (R) te drukken om de ingestelde werkdag (d1-d7) te controleren, door op de knop "EDIT" (S) te drukken. ) om de
tijdsperioden (P1-P6) te controleren, door op de "TIME/ON"-knop (U) te drukken om de ingestelde inschakeltijd (uur) te controleren,
druk op de "TIME/OFF"-knop (W) om de gewenste uitschakeling te controleren tijd voor elke periode.
OPMERKING: Het apparaat heeft geen geheugenfunctie. Nadat de stroomvoorziening is uitgeschakeld, moet het apparaat worden
gereset.
7. Instelling van de detectiemodus voor open ramen
7.1 Druk op de aan/uit-knop (A) op de afstandsbediening (7), het apparaat komt in de werkstatus. Laat het apparaat even opwarmen
tot het stabiel is.
7.2 Druk op de knop voor de open raammodus (B), de indicator voor de open raammodus (B1) gaat branden, de temperatuur "23"
wordt standaard weergegeven. Druk op de PLUS-knop (K) of de MINUS-knop (L) om de doeltemperatuur in te stellen. Als een
temperatuurdaling wordt gedetecteerd, stopt het apparaat met werken. Druk vervolgens op de aan/uit-knop (A) om het apparaat in te
schakelen.
7.3.Druk nogmaals op de open-raammodusknop (B) om de open-raamdetectie uit te schakelen. De open-raammodus-indicator (B1)
verdwijnt van het display (4) en het apparaat keert terug naar de vorige werkmodus. Een voorbeeld van het instellen van 23 graden
Celsius tijdens open-raamdetectie wordt getoond in Figuur 10H.
7.4. Wanneer u tegelijkertijd de open-raamdetectiemodus en het weekprogramma inschakelt, tijdens de UIT-periode van het
weekprogramma, werkt het apparaat niet.
7.5. Tijdens de werkstatus van het weekprogramma is de temperatuur afhankelijk van de ingestelde temperatuur van de open-
raamdetectiemodus. Een voorbeeld in Figuur 10.I.
V. Installatie
1. Bevestig het apparaat horizontaal op een verticale muur, waarbij het scherm naar de grond wijst, zonder het te kantelen. Een
andere positie is gevaarlijk.
2. Houd een minimale afstand aan zonder andere voorwerpen/obstakels rond het geïnstalleerde apparaat, zoals weergegeven in
afbeelding 12.
3. De meegeleverde schroeven en pluggen zijn geschikt voor massieve muren. Voor alle andere soorten muren dient u geschikte
schroeven en pluggen te gebruiken.
4. Boor twee gaten in de muur met een afstand van 354 mm en volg Figuur 13 om het apparaat correct aan de muur te hangen.
VI. Batterij vervanging
BATTERIJWAARSCHUWING: BUITEN BEREIK VAN KINDEREN HOUDEN
Voor de afstandsbediening is 1 CR2025 3V lithiumbatterij nodig (niet inbegrepen).
- Open het batterijcompartiment door het deksel naar beneden te schuiven.
- Plaats de batterij in de batterijruimte – zie Figuur 11.
- Sluit het batterijcompartiment.
BELANGRIJK: Volg de gebruiksinstructies en de recyclingregels die op de verpakking van de batterij staan vermeld.
VII. Reiniging en onderhoud
1. Haal altijd de stekker van het apparaat uit het stopcontact en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt.
2. Om het risico op brand of elektrocutie te voorkomen, mag u geen water of andere vloeistoffen in het apparaat gieten.
3. Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen in de vorm van emulsies, lotions, pasta's etc. om de behuizing schoon te maken.
Ze kunnen onder meer de grafische informatiesymbolen, zoals borden, waarschuwingen, etc. verwijderen. Maak de buitenwand van
het apparaat schoon door deze zachtjes te wrijven met een zachte, vochtige doek, al dan niet met zeep.
4. Reinig regelmatig de luchtinlaat- en uitlaatopeningen van de ventilator.
108