N E D E R L A N D S
• Na het uitschakelen niet proberen het zaagblad
af te remmen door tegen de zijkant van het blad
te drukken.
• Schakel het apparaat steeds uit alvorens het op
een tafel of werkbank te leggen.
• Het zagen van zeer kleine werkstukken wordt
afgeraden.
• Zaag geen werkstukken die onder elektrische
stroom staan.
• Gebruik geen snijvloeistoffen. Deze vloeistoffen
kunnen ontvlammen, elektrische schokken
veroorzaken, of het plastic venster chemisch
aantasten.
• Gebruik deze machine in een goed geventileerde
ruimte. Gebruik de machine niet in de buurt van
ontvlambare vloeistoffen, gassen of stof.
Vonken of gloeiende spaanders van het zagen of
vonkende koolstofborstels kunnen ontvlambare
materialen ontsteken.
Beveiligingen
• Controleer of alle beschermkappen perfect
functioneren.
• Nooit de beschermkappen blokkeren.
• Gebruik de zaag niet wanneer de beschermkap
geblokkeerd is.
Beveiliging tegen terugslag
• Terugslag treedt op wanneer de zaag plotseling
vastloopt of in de richting van de gebruiker wordt
gedreven. Laat de aan/uit-schakelaar onmiddellijk
los wanneer het zaagblad of de motor vastlopen.
• Gebruik uitsluitend scherpe zaagbladen.
• Laat het zaagblad tot stilstand komen alvorens
de zaag uit het werkstuk te halen.
Controleren en verwisselen van het zaagblad
• Gebruik alleen de zaagbladen die in deze
handleiding zijn gespecifieerd. Gebruik nooit
doorslijpschijven of andere typen zaagbladen.
• Gebruik uitsluitend scherpe zaagbladen die in
goede conditie zijn; gebarsten of verbogen
zaagbladen dienen onmiddellijk te worden
vervangen.
• Controleer of het zaagblad goed is bevestigd en
controleer de draairichting.
58
Toepassingen
• De afkortzaag mag uitsluitend worden gebruikt
voor het zagen van ferrometaal.
• Zaag geen non-ferrometalen, roestvrij staal en
synthetische materialen wanneer u het zaagblad
gebruikt dat bij deze machine is geleverd.
• Zaag geen beton, stenen, tegels of keramische
werkstukken.
• Zaag geen gietijzeren werkstukken.
• Zaag nooit magnesium werkstukken.
• Zaag geen massieve materialen (bijv. stangen)
met een dikte van meer dan 20 mm.
• Zaag geen profielen en andere gevormde
materialen (bijv. pijpen, kokers) met een
wanddikte van meer dan 3 mm.
• Bij het zagen van vastgeklemde werkstukken
moet een beveiliging tegen het terugslaan van
werkstukken worden gebruikt.
• Bij het zagen van ronde stukken metaal moet het
werkstuk goed vastgeklemd worden om
wegglijden te voorkomen.
• Zorg ervoor dat de afgezaagde stukken metaal
niet door de tanden van het zaagblad worden
gegrepen en in de lucht gegooid.
Persoonlijke gezondheid
• Waarschuwing! Door gebruik van deze machine
kunnen stoffen vrijkomen die chemicaliën
bevatten waarvan het bekend is dat zij kanker,
geboorteafwijkingen of andere lichaamskwalen
veroorzaken. Gebruik geschikte
ademhalingsbescherming.
Restrisico's
De volgende gevaren zijn inherent aan het gebruik
van deze machines:
- verwonding door het aanraken van roterende delen
- verwonding door het breken van het zaagblad
Deze gevaren doen zich vooral voor:
- in het werkbereik
- in het bereik van de roterende delen
Ondanks toepassing van de veiligheidsvoorschriften
en het aanbrengen van beveiligingen blijven
bepaalde gevaren bestaan, en wel met name:
- Gevaar voor gehoorbeschadiging.
- Gevaar voor verwonding door de niet afgedekte
gedeelten van het zaagblad.