Spanning meten V , V~
1. Sluit de zwarte meetdraad aan op de COM-contactbus en de
rode meetdraad op de V-contactbus.
2. Zet de functie-/bereikschakelaar in de gewenste stand: V
voor het meten van gelijkspanning of V~
van wisselspanning.
3. Sluit de meetdraden aan over de te meten bron van de
belasting. Lees het LCD-scherm af. Voor DC-metingen wordt
de polariteit van de rode meetdraadverbinding aangegeven
bij de spanningswaarde.
4. Als alleen het cijfer 1 wordt weergegeven, betekent dit dat
het bereik is overschreden. Selecteer een hoger bereik
(alleen op model 292A en 293A).
Stroom meten A , A~
1. Sluit de zwarte meetdraad aan op de COM-contactbus en
de rode meetdraad op de mA- of A-contactbus.
2. Zet de functie-/bereikschakelaar in de gewenste stand:
A
voor gelijkstroom of A ~ voor wisselstroom. Bij model
GDT-294A en GDT-295A is het nodig om de knop ~ /
functieschakelaar in te drukken om de meetmodus voor
DCA of ACA te selecteren.
3. Sluit de meetdraden in serie aan met de belasting waarin
de stroom moet worden gemeten.
4. Lees het LCD-scherm af. De polariteit van de rode meetdra-
adverbinding wordt weergegeven bij het uitvoeren van een
DC meting.
5. Als alleen het cijfer 1 wordt weergegeven, betekent dit dat
het bereik is overschreden. Selecteer een hoger bereik.
voor het meten
59
op de