DMX-ledschijnwerper
De bediening van het apparaat is eenvoudig en
bedoeld voor de gebruiker met basiskennis van
de DMX-besturing. Lees de handleiding deson-
danks grondig door, alvorens het apparaat in ge-
bruik te nemen, en bewaar ze voor latere raad-
pleging. Op pagina 2 vindt u de afbeelding van de
modellen ODC-100 / CTW en PARC-100 / CTW
evenals de menustructuur.
1 Toepassingen
Deze led-schijnwerper wordt gebruikt voor ver-
lichting bv. op podia, in discotheken en feest zalen.
Als lichtbron wordt een krachtige COB-led ge-
bruikt (COB = Chip-on-Board-technolo gie): Er
werden vele ledchips dicht tegen elkaar op een
printplaat aangebracht, zodat een gelijkmatige
lichtverdeling kon worden gerealiseerd.
chips
zijn telkens voor de helft voor een warm en een
koud wit uitgevoerd. Door wijzigingen van de respec-
tieve helderheidsverhouding kunt u de kleurtempera-
tuur van de lichtbundel instellen 2700 K en 5600 K.
De schijnwerper is ontworpen voor het be -
sturen via een DMX-lichtregelaar (4 DMX-bestu-
ringskanalen), maar kan ook autonoom zonder
besturingsapparaat worden gebruikt. De ODC-
100 / CTW is door zijn weervaste uitvoering
(IP 66) ook buiten bruikbaar.
2 Veiligheidsvoorschriften
Het apparaat is in overeenstemming met alle
relevante EU-Richtlijnen en is daarom geken-
.
merkt met
WAARSCHUWING De netspanning van de appa-
G
Het model PARC-100 / CTW mag alleen bin-
nen worden gebruikt. Vermijd druip- en spat-
water, uitzonderlijk warme plaatsen en plaat-
sen met een hoge vochtigheid (toegestaan
omgevingstemperatuurbereik 0 tot 40 °C).
Het model ODC-100 / CTW is geschikt voor
buiten (toegestaan omgevingstemperatuur -
bereik -20 tot +40 °C).
G
Trek onmiddellijk de netstekker uit het stop-
contact,
1. wanneer het apparaat of het netsnoer
zichtbaar beschadigd is,
20
raat is levensgevaarlijk. Open
het apparaat niet. U loopt
immers het risico van een
elektrische schok.
2. wanneer er een defect zou kunnen optreden
nadat het apparaat bijvoorbeeld is gevallen,
3. wanneer het apparaat slecht functioneert.
Het apparaat moet in elk geval worden her-
steld door een gekwalificeerd vakman.
G
Trek de stekker nooit met het snoer uit het
stopcontact, maar met de stekker zelf.
G
Alleen ODC-100 / CTW: Een beschadigd net -
snoer mag alleen in een werkplaats worden
vervangen.
G
In geval van ongeoorloofd of verkeerd ge-
bruik, onveilige montage, verkeerde aanslui-
ting, foutieve bediening of van herstelling door
een niet-gekwalificeerd persoon vervalt de ga-
rantie en de verantwoordelijkheid voor hieruit
resulterende materiële of lichamelijke schade.
Wanneer het apparaat definitief uit be-
led-
De
drijf wordt genomen, bezorg het dan
voor milieuvriendelijke verwerking aan
een plaatselijk recyclagebedrijf.
3 Ingebruikname
3.1 Montage
G
Plaats het apparaat zo, dat bij het gebruik vol-
doende ventilatie is gegarandeerd. De koel-
ribben van de behuizing mogen in geen geval
worden afgedekt.
G
De afstand tot het bestraalde voorwerp moet
ten minste 50 cm bedragen.
WAARSCHUWING Als het apparaat op een plek
beveiligd, bv. door een hijskabel. Steek de hijs-
kabel door het hijsoog aan de achterzijde en
bevestig hem zo dat het apparaat niet meer
dan 20 cm kan vallen.
1. Bevestig de schijnwerper via de montage-
beugels, bv. met een stabiele montage-
schroef of een spotlichthouder (C-haak) aan
een traverse.
Voor het uitlijnen van de schijnwerper
draait u de twee bevestigingsschroeven van
de montagebeugels los. Stel de gewenste
hellingshoek van de schijnwerper in en draai
de schroeven weer vast.
2. De schijnwerper kan ook vrij worden opgesteld:
spreid de montagebeugels onder de schijnwer-
wordt geïnstalleerd, waar per-
sonen onder kunnen komen
staan, moet het extra worden