Anleitung_DHG_200_SPK7__ 20.04.16 13:43 Seite 32
NL
5. Werkwijze
De heteluchtgenerator is voorzien van een
compressor die een onderdruk verwekt voor het
aanzuigen van de brandstof uit de tank. De
aangezogen brandstof komt terecht bij een
branderstraalpijp. Aan de straalpijp ontstaat een
lucht/brandstofmengsel. Het lucht/brandstofmengsel
wordt in de verbrandingskamer elektrisch ontstoken.
De ventilator blaast lucht de verbrandingskamer in die
verwarmd naar voren uit wordt geblazen. Met de
thermostaatknop kan de gewenste temperatuur
worden afgesteld. Na het bereiken van deze
temperatuur wordt het apparaat automatisch
uitgeschakeld en, als de temperatuur onder de
afstelwaarde daalt, wordt het terug ingeschakeld.
Een fotocel bewaakt voortdurend de verbranding en
schakelt het apparaat bij onregelmatigheden uit. Bij
oververhitting slaat het apparaat eveneens af.
Neem in dit geval contact op met de dienst
naverkoop. De elektrische componenten zijn
beveiligd door een dunne zekering (smeltveiligheid).
Bij een defect van de dunne smeltveiligheid gelieve
de dienst naverkoop te contacteren.
6. Technische gegevens
Aansluiting op het net:
Verwarmingsvermogen (Hi) :
Verwarmingsstanden:
Brandstof:
Pompdruk:
Brandstofverbruik:
Tankinhoud:
Opgenomen vermogen:
Luchtdebiet:
Luchttemperatuur max.:
Afmetingen van het apparaat:
Gewicht van het apparaat:
7. Vóór ingebruikneming
Controleer of de gegevens vermeld op het
n
kenplaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet alvorens het apparaat aan te
sluiten.
Plaats het verplaatsbare apparaat altijd op een
n
stevige horizontale ondergrond.
32
n
n
n
7.1 Montage (fig. 2)
n
8. Bediening
8.1 Tanken
Aanwijzingen:
n
230 V ~ 50Hz / 1,5A
n
20 kW
n
1
n
stookolie EL of diesel
0,28 bar
n
2,0 l/h
19 l
170 watt
n
400 m
/h
3
n
393 °C
76 x 30,5 x 38 cm
1. Neem de tankdop af (fig. 1 / pos. 8).
13 kg
2. Giet langzaam stookolie EL of diesel in de tank tot
3. Breng de tankdop er weer aan.
Het apparaat moet altijd horizontaal staan.
Zorg ervoor dat de minimumafstand tussen
apparaat en voorwerpen niet kleiner is dan 2,50
m naar voren, 1,25 naar achteren, aan de
zijkanten en boven.
Het apparaat enkel in open lucht of in goed
verluchte ruimten opstellen. De te verwarmen
ruimte dient te beschikken over
luchtinlaatopeningen van 0,02 m² per kW
verwarmingsvermogen. Bij een
verwarmingsvermogen van 20 kW komt dit
overeen met openingen van 0,4 m² in het totaal.
Zet te dien einde b.v. ramen en deuren naar
buiten open.
Draai de draaggreep (fig. 2, pos. 3) op de
bovenste helft van de behuizing vast (fig. 2, pos.
2).
De stookolie EL of diesel die u nodig hebt zeker in
een gepaste jerrycan opslaan die duidelijk
voorzien is van het opschrift „stookolie EL" of
„diesel".
Neem de in uw land geldende voorschriften voor
het opslaan van stookolie EL en diesel in acht.
Geenszins „biodiesel" gebruiken.
Het is aan te raden bij temperaturen beneden 5°
C winterdiesel te gebruiken om problemen met de
brandstofaanzuiging te voorkomen.
Stookolie EL en diesel verouderen. Daarom
resterende voorraden binnen de 6 maanden
opgebruiken.
Enkel in open lucht en bij afgekoeld apparaat
bijtanken.
Veiligheidsinstructies (hoofdstuk 1) in acht
nemen.
de tankaanduiding (fig. 1, pos. 7) "F" aangeeft.
Het tankvolume bedraagt maximaal 19 liter.