! Plaats de babyeenheid altijd buiten het bereik van het kind (minimaal één meter afstand).
! Leg de babyfoon nooit in het baby- of kinderbed of de kinderbox.
! Zorg ervoor dat de kabel zich niet in de buurt van kinderen bevindt, om wurging te
vermijden. Gebruik geen verlengsnoeren.
! Om een zo goed mogelijke overdracht te waarborgen, moeten de apparaten altijd
rechtop en in een verhoogde positie worden neergezet.
! Plaats de ontvanger NIET in de buurt van zend- en ontvangstapparatuur of magnetrons.
De straling van deze apparaten kan de ontvangst sterk verminderen.
! Gebruik het apparaat niet in de buurt van water of op vochtige plaatsen. Dompel de
apparaten niet onder in water.Spoel het apparaat niet af onder stromend water.
! Bedek de babyfoon niet met een handdoek, een kledingstuk of deken.
! Vermijd extreme hitte en direct zonlicht.
! Gebruik altijd alleen oplaadbare NiMH AAA-batterijen! Bij het gebruik van ongeschikte
batterijtypes bestaat explosiegevaar!
• technologie: analoog
• zender: voeding met voedingseenheid
of optioneel met AAA NiMH accu´s (niet
meegeleverd)
• ontvanger: voeding met voedingseen-
heid of optioneel met 3 AAA NiMH
accu´s (wordt meegeleverd)
• input: 100 – 220V 50Hz 0.15 A max.
• output: 6V / 300mA max.
Veiligheidsaanwijzing voor de installatie
• zendvermogen: TX 50 mA , RX 130 mA
• frequentie: 864 MHz
• bereik: 400 m
• kabellengte: ca. 1,80 m
• werktemperatuur: 10°C - 40°C
• bewaartemperatuur: 0°C - 55°C
• standaards: EN 300 220-1, EN 301 489-1,
EN 301 489-3
Technische gegevens
NL
55