Afstandsbediening
1
(Weergave/Pauze) toets
2 MODE toets
3 RPT/LED (Herhaal/LED aan/uit) toets
4 OK toets
5
/ toetsen (Volgende/Vorige track)
6 VOL+/VOL- toets (Volume)
7
/ toetsen (Album omhoog/omlaag)
8 RAN-toets (Willekeurige weergave)
9 MUTE (Demp) toets
10
toets (Stoppen)
11
toets (Aan/Uit)
Eerste gebruik van het apparaat/inleiding
OPMERKING:
• Dit toestel wordt voornamelijk met de afstandsbe-
diening bediend. De aanwijzigen gelden dus voor de
toetsen op de afstandsbediening. Sommige toetsen
zijn ook aanwezig op het toestel. Toetsen met dezelfde
naam hebben dezelfde functie.
• De toetsen op het apparaat zijn druktoetsen. De toet-
sen licht met de vinger aanraken om te bedienen.
• Kies een goede plek voor het apparaat. Een droog, vlak
en slipbestendig oppervlak is geschikt.
• Zorg ervoor dat het apparaat goed geventileerd wordt!
• Verwijder de beschermende film van het apparaat, indien
aanwezig.
Voeding
• Steek de netstekker in een goed geïnstalleerd stopcon-
tact met drie gaten en een stroomvoorziening van 230 V,
50 Hz.
• Zorg dat de spanning in overeenstemming is met die op
het indicatieplaatje.
OPMERKING:
Haal de stekker uit het stopcontact wanneer voor langere
tijd niet gebruikt.
Batterij in de Afstandsbediening Plaatsen/Vervangen
• Open het batterijvakje aan de onderkant van de afstands-
bediening.
• Plaats 2 AAA/R03 1,5 V batterijen. Let op de juiste polari-
teit (zie de bodem van het batterijvak)!
• Sluit het batterijvakje weer.
Als de afstandsbediening lange tijd niet gebruikt wordt, ver-
wijder dan de batterij om "lekkage" van de batterijvloeistof
te voorkomen.
WAARSCHUWING:
• Stel de batterijen niet bloot aan intense warmte, zoals
direct zonlicht, vuur en dergelijke). Ontploingsgevaar!
• Houd de batterijen buiten bereik van kinderen. Bat-
terijen zijn geen speelgoed.
WAARSCHUWING:
• Probeer de batterijen niet open te maken.
• Vermijd contact met metalen voorwerpen. (Ringen,
spijkers, schroeven, enz.) Kortsluitingsgevaar!
• Door kortsluiting kunnen de batterijen oververhitten of
zelfs in brand vliegen. Hierdoor kunnen de batterijen
ontplofen.
• Als u de batterijen vervoert, plak dan een stukje plak-
band op de batterijpolen, voor uw eigen veiligheid.
• Als er batterijlekkage optreedt, zorg er dan voor dat
de vloeistof niet in contact komt met ogen of huid. Als
de vloeistof toch in contact met de ogen komt, moet
u onmiddellijk spoelen met schoon water, en een arts
raadplegen als de klachten aanhouden.
LET OP:
• Verschillende soorten batterijen of nieuwe en gebruikte
batterijen mogen nooit samen gebruikt worden.
• Gooi de batterijen niet weg bij het huishoudafval.
Breng gebruikte batterijen naar erkende inzamelpunten
of breng ze terug naar de verkoper.
Algemene bediening
Apparaat in/uitschakelen
• U kunt de toets (11) gebruiken om te schakelen tussen
standby en de aan-stand. In de standby-modus brandt
het indicatorlampje (7 op het apparaat) rood.
• Om het apparaat volledig van het lichtnet te ontkoppe-
len, trek de stekker uit het stopcontact.
OPMERKING:
Druk op en houd de
toets (2) op het apparaat inge-
drukt om het apparaat tussen stand-by en operationele
modus te schakelen.
Geluidsniveau
Door op de VOL+/VOL- toetsen (6/3) te drukken, kunt u het
geluidsniveau aanpassen.
Infrarood-afstandsbediening
Voor draadloze bediening binnen een afstand van 5 m. Als
de bedieningsafstand afneemt moeten de batterijen ver-
vangen worden. Voor een goede werking moet de afstand
tussen de afstandsbediening en de sensor op het apparaat
vrij zijn van andere voorwerpen.
Geluidinstellingen
Wijzig indien nodig, de EQ-instelling op uw afspeelapparaat
om het beste geluid te maken.
MUTE (9)
Om het geluid uit te schakelen. Druk nogmaals op MUTE om
de functie te annuleren.
Nederlands
11