19. Terugstroomklep vervangen
Waarschuwing!
De terugstroomkleppen moeten altijd allemaal worden vervangen.
Het niet in acht nemen hiervan kan tot vermeerdering van kiemen in het drinkwater
leiden en een gevaar voor gezondheid en leven betekenen.
19.1 De armatuur verwijderen (zie
19.2 De zeefafdichting (a) verwijderen.
19.3 De zitting (b) compleet met een inbussleutel uitschroeven (links schroefdraad).
19.4 De terugstroomkleppen (c) vervangen.
Let op!
Op de inbouwpositie van de terugstroomkleppen letten.
19.5 De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
20. Functie-element vervangen
20.1 De waterhoeveelheidregulering sluiten (zie
20.2 Armatuur activeren.
20.3 Dekplaatje (a) verwijderen.
20.4 De schroef (b) met een inbussleutel tegen de klok losdraaien.
20.5 De draaigreep (c) verwijderen.
20.6 De schroef (d) met een inbussleutel tegen de klok losdraaien.
20.7 De bedieningseenheid (e) aftrekken.
20.8 Borgring verwijderen.
20.9 Het functie-element naar buiten trekken.
20.10 De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
20.11 Stromingstijd controleren, evt. instellen (zie
21. Drukken op de knop instellen
21.1 Dekplaatje (a) verwijderen.
21.2 Wanneer de toets (b) te veel speling heeft, de schroef (c) met de klok mee draaien.
21.3 Wanneer het water continu stroomt, de schroef (c) tegen de klok draaien.
21.4 Armatuur activeren.
21.5 Stromingstijd controleren, evt. instellen (zie
hoofdstuk
15.).
hoofdstuk
hoofdstuk
hoofdstuk
10.14).
13.).
13.).
57