Nederlands
Het te controleren snijgarnituur (2)
N
op de opnameconus (3) schuiven
De ringmagneet tegen de
N
achterzijde van het snijgarnituur
trekken tot het snijgarnituur door de
ringmagneet op zijn plaats wordt
gehouden
72
Wegnemen van het snijgarnituur
2
3
Het snijgarnituur met een ruk
N
lostrekken van de ringmagneet
Snijgarnituur controleren
Als het balanceerapparaat langere
N
tijd niet wordt gebruikt, of als de
controle bij lage temperaturen wordt
uitgevoerd – het gereedschap
enkele slagen ronddraaien zodat de
aslagering soepel draait
Het snijgarnituur tijdens, resp. na
N
het slijpen met behulp van het
balanceerapparaat controleren
Controle van de axiale onbalans
Snijgarnituur aanbrengen
N
AWG