Gebruik maken van de geavanceerde web-based
gebruikersinterface
Gebruik maken van de accesspoint-modus
Opmerking:
Deze geavanceerde functie mag uitsluitend door ervaren
gebruikers worden gebruikt. De router kan ook zodanig worden
geconfigureerd dat hij als draadloos accesspoint fungeert. In deze modus
is het gebruik van de functie "NAT IP-sharing" en de DHCP-server niet
mogelijk. In de accesspoint-modus moet de router worden geconfigureerd
met een IP-adres dat zich in hetzelfde subnet bevindt als het overige
netwerk waarmee u een bridge (brug) tot stand wilt brengen. Het standaard
IP-adres is 192.168.2.254 en het subnetmasker is 255.255.255.0. Deze
kunnen naar behoefte worden aangepast.
1.
Schakel de AP-modus in door "Enable" (Activeren) te selecteren op de
pagina "Use as Access Point only" (Alleen als accesspoint gebruiken).
Als u deze optie kiest kunt u de IP-instellingen veranderen.
2.
Stel uw IP-instellingen in overeenstemming met uw netwerk in. Klik op
"Apply Changes" (Wijzigingen aanbrengen).
3.
Sluit een kabel aan op de modempoort van de router en verbind deze
met uw bestaande netwerk.
De router fungeert nu als accesspoint. Om toegang te krijgen tot de
geavanceerde web-based gebruikersinterface van de router, typt u het
door u gespecificeerde IP-adres in de navigatiebalk van uw browser in. De
encryptie-instellingen, Mac-adressenfiltering, de SSID en het kanaal kunt u
normaal instellen.
51
51
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10