• Sta nooit recht onder het toestel wanneer u het monteert, verwijdert of schoonveegt. Laat het toestel
controleren door een geschoolde technicus voor u het in gebruik neemt en laat het 1 x per jaar
volledig nakijken.
• Installeer dit toestel op een plaats waar niemand langs moet lopen, kan neerzitten of het toestel kan
aanraken.
• Een degelijke praktijkervaring is vereist voor de plaatsing van dit toestel. U moet de maximale belasting
van de draagconstructie kunnen berekenen, weten welk constructiemateriaal u kunt gebruiken en u moet
het gebruikte materiaal en het toestel af en toe laten nakijken. Monteer het toestel niet zelf indien u er
geen ervaring mee heeft. Een slechte montage kan leiden tot verwondingen.
• Regel de gewenste invalshoek door middel van de montagebeugel en draai de regelschroeven stevig aan.
• Verwijder alle brandbaar materiaal in een straal van 0,5 m rond het toestel.
• Een geschoolde elektricien moet het toestel aansluiten.
• Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Sluit het niet aan op een dimmerpack.
• De installatie moet voor het eerste gebruik gekeurd worden door een expert.
Installeer een stekker voor u het toestel aansluit op het lichtnet.
Bruin = spanning, blauw = neutraal, geel/groen = aarding.
Sluit het toestel via de stekker aan op het lichtnet. Wenst u het toestel rechtstreeks op het lichtnet
aansluiten, voorzie, in de vaste elektrische installatie, een schakelaar met een minimale opening van
3 mm tussen de polen.
5. Onderhoud
1. Alle gebruikte schroeven moeten goed zijn aangespannen en mogen geen sporen van roest vertonen.
2. De behuizing, de lenzen, de montagebeugels en de montageplaats (bvb. het plafond of het gebinte)
mogen niet vervormd zijn of aangepast worden (geen extra gaten in montagebeugels, aansluitingen
niet verplaatsen etc.)
3. Mechanisch bewegende delen mogen geen sporen van slijtage vertonen en mogen niet onregelmatig
bewegen.
4. De voedingskabels mogen niet beschadigd zijn. Laat het toestel onderhouden door een geschoolde
technicus.
5. Ontkoppel het toestel van het lichtnet voor u aan onderhoudswerkzaamheden begint.
6. Maak het toestel geregeld schoon met een vochtige, niet pluizende doek. Gebruik geen alcohol of
solvent.
7. De gebruiker mag geen onderdelen vervangen.
8. Bestel eventuele reserveonderdelen bij uw dealer.
6. Technische specificaties
voeding
verbruik
lamp
afmetingen
gewicht
max. omgevingstemperatuur
max. temperatuur behuizing
Gebruik dit toestel enkel met originele accessoires. Velleman nv is niet aansprakelijk voor
schade of kwetsuren bij (verkeerd) gebruik van dit toestel. Voor meer informatie over dit
product, zie www.velleman.eu. De informatie in deze handleiding kan te allen tijde worden
gewijzigd zonder voorafgaande kennisgeving.
© AUTEURSRECHT
Velleman nv heeft het auteursrecht voor deze handleiding.
Alle wereldwijde rechten voorbehouden. Het is niet toegestaan om deze handleiding of gedeelten ervan
over te nemen, te kopiëren, te vertalen, te bewerken en op te slaan op een elektronisch medium zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende.
22.03.2010
VDLP56LB/VDLP56LC/VDLP56SB2/VDLP56SC2
230 VAC~50-60 Hz
max. 500 W
GE 300 W/240 V GX16D (LAMP300P56S, niet meegelev.) of M40
500 W/240 V GY9.5 + PAR56 reflector (LAMP500P + VDL56RF, niet
meegelev.)
160 x 160 x 330 mm
1,7 kg
45°C
190°C
6
Rev. 01
©Velleman nv