Het apparaat opstellen en aansluiten
Beschadigingen van het apparaat door stoten mogelijk.
Stel het apparaat zodanig op, dat het beschermd is tegen vallen en
stoten.
Plaats het apparaat uitsluitend op een effen, slipvast en voldoende groot
en stabiel oppervlak.
De ondergrond moet groter zijn dan het apparaat en moet het gewicht van het apparaat met vol
waterreservoir kunnen dragen. Gegevens over de gewichten en afmetingen vindt u in het hoofdstuk
'Technische gegevens'.
Zorg ervoor dat op de gewenste opstelplaats een contactdoos beschikbaar is.
De contactdoos mag slechts ongeveer een meter van de opstelplaats verwijderd zijn. De netkabel van
het apparaat moet losjes kunnen worden gelegd.
Plaats het apparaat op een geschikte ondergrond.
Dodelijk letsel door elektrische schok mogelijk.
Controleer of de op het typeplaatje van het apparaat aangegeven
netspanning in overeenstemming is met die van uw stroomnet.
Raak de netstekker of netkabel nooit met vochtige handen aan.
Knik of klem de netkabel niet.
Steek de netstekker in de contactdoos.
Het apparaat gebruiken
In- en uitschakelen
Storingen of beschadigingen van het apparaat door oververhitting mogelijk.
Zorg ervoor dat de luchtinlaat en luchtuitlaat niet door voorwerpen zijn
afgedekt.
Om het apparaat in te schakelen, drukt u eenmaal kort op de knop AAN/UIT.
De groene led brandt. Aan de luchtuitlaat is een luchtstroom voelbaar.
Om het apparaat uit te schakelen, drukt u eenmaal kort op de knop AAN/UIT.
De groene led gaat uit.
Indien u het apparaat langere tijd niet nodig hebt, dient u het op te slaan zoals vanaf pagina 77
beschreven is.
Het waterreservoir leeggieten
Wanneer het waterreservoir vol is, brandt de gele led en wordt het apparaat automatisch
uitgeschakeld.
LET OP!
GEVAAR
LET OP!
Het apparaat gebruiken
75