Op De Fabrieksinstellingen Resetten; Meettijd; Meetbereik; Led-Signalen - Dräger PID 5000 Instrucciones De Uso

Ocultar thumbs Ver también para PID 5000:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 24
nl

Probleemoplossing

4. "Alarms" selecteren. Het scherm voor de alarminstellingen
wordt weergegeven.
5. "ALARM LO" (vooralarm) selecteren en op "more" of "less"
tikken om het alarm aan te passen. Het vooralarm kan in
stappen van 0,01 tussen 0,10 en 10,00 mg/m³ worden
ingesteld, waarbij een waarde van meer dan 1,6 mg/m³
vanwege het ingestelde meetbereik van 0 - 1,6 mg/m³ niet
is toegestaan. Met "accept" bevestigen.
6. "ALARM HI" (hoofdalarm) selecteren en op "more" of "less"
tikken om het alarm aan te passen. Het hoofdalarm kan in
stappen van 0,01 tussen 0,20 en 10,00 mg/m³ worden
ingesteld, waarbij een waarde van meer dan 1,6 mg/m³
vanwege het ingestelde meetbereik van 0 - 1,6 mg/m³ niet
is toegestaan. Met "accept" bevestigen.
4.4.3

Op de fabrieksinstellingen resetten

De PID 5000 kan worden gereset naar de fabrieksinstellingen
zoals hieronder beschreven.
1. Instrumentenmenu openen (zie hoofdstuk 4.4 op
pagina 42).
2. Met de magneetpen op "menu" tikken tot "RESET" op het
display verschijnt.
3. "run" (uitvoeren) selecteren. De PID 5000 wordt gereset
naar de fabrieksinstellingen.
Alarmniveaus
Alarm LO
Alarm HI
Responsfactor
Wachtwoord
4.5

Meettijd

De PID 5000 bepaalt de concentratie door het verschil tussen
twee gasingangen (meting en referentie). Hiervoor schakelt
het apparaat automatisch tussen de twee ingangen. De
omschakelfrequentie bedraagt 3 minuten. Vanwege de duur
van de meting heeft de PID 5000 een meetvertraging of
reactietijd van minimaal 6 minuten.
4.6

Meetbereik

Signaalbereik (isobuteen-equivalent)
Resolutie
Aanbevolen spangas voor kalibratie
Meetbereikeindwaarde
44
4.7
Toestand
Inbedrijfstelling
Menu
Meting gasingang (meting)
Meting gasingang
(referentie)
Vooralarm
Hoofdalarm
Boven
meetbereikeindwaarde
Onder detectiegrens
Fout
5
Als er een fout optreedt, wordt het meetproces onderbroken en
wordt er een foutmelding op het display weergegeven.
0,3 mg/m³
De PID 5000 opnieuw opstarten om te controleren of de fout
0,5 mg/m³
na de herstart nog steeds aanwezig is.
2,33
1. Met de magneetpen op het scherm "restart" selecteren.
2. De PID 5000 wordt opnieuw opgestart.
0002
AANWIJZING
Tijdens het opstarten vindt er geen meting plaats en wordt de
vulprocedure niet bewaakt. Als de fout daarna nog steeds
optreedt, neem dan contact op met Dräger Service of door
Dräger geautoriseerd deskundig personeel.
Fout „Ref Failure"
0 tot 1,6 mg/m³
De fout "Ref Failure" kan twee oorzaken hebben.
0,01 mg/m³
1. De gasbehandeling op de referentie-ingang veroorzaakt
5 ppm isobuteen
1,6 mg/m³
Als dit de fout niet verhelpt:
2. Het onderhoudsinterval van de frontisolatie is

LED-signalen

Probleemoplossing
een fout. In dit geval moet de Dräger-Tube worden
vervangen, de PID 5000 worden gekalibreerd en
vervolgens de olieconcentratie worden gecontroleerd. In
geval van twijfel moeten ook de eerder gevulde
gascilinders worden gecontroleerd.
overschreden. Deze vervangen.
uit
uit
knippert
wit
uit
uit
blauw
uit
uit
groen
uit
uit
knippert
groen
knippert
uit
groen
rood
knippert
knippert
groen
rood
rood
knippert
knippert
rood
rood
rood
uit
uit
knippert
rood
uit
uit
knippert
geel

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido