Bionaire BWM001X Manual De Instrucciones página 21

BESCHRIJVINGEN (zie Afb. 1)
Watertank
A
Dop watertank
B
Verwarmingselement
C
Basisvergrendeling
D
Basiseenheid
E
Aan/Uit-knop
F
Statuslampjes
G
Dampuitlaat
H
Medicatiereservoir
I
Hoofdeenheid
J
Haupteinheit
K
HOE UW LUCHTBEVOCHTIGER MET
WARME WATERDAMP WERKT
Een vochtigheidsgraad van minder dan 30% kan ongezond
en onaangenaam zijn. De aanbevolen vochtigheid ligt
tussen 40%-60%.
Uw Bionaire luchtbevochtiger met warme waterdamp
TM
is zo ontworpen dat de juiste hoeveelheid water uit het
reservoir en in de verwarmingskamer stroomt, waar het
water door het verwarmingselement met elektronische
temperatuurregeling wordt verwarmd. Vervolgens wordt
lucht binnengezogen via het rooster aan de achterkant en
gemengd met de stoom in de verdampingskamer. De warme
waterdamp stroomt ten slotte uit de bovenkant van de
verdampingskamer via het uitlaatrooster naar de ruimte.
AANWIJZIGEN VOOR GEBRUIK VAN
HET APPARAAT
1. Haal de stekker van de luchtbevochtiger uit de
wandcontactdoos.
2. Kies een plek voor uw nevelapparaat, op een vlakke
ondergrond, zo'n 100 mm van de muur. Zet het
nevelapparaat niet op meubilair. Het meest geschikt is
een plekje op een vochtbestendige vloer.
3. Verwijder de watertank (
4. Zorg dat er geen vuil op de basiseenheid (
aanwezig is door de hoofdeenheid (
Draai de basisvergrendeling (
tot de stand zodat de hoofdeenheid van de basis
kan worden getild. Plaats de hoofdeenheid weer
terug door deze op de basiseenheid te zetten en de
basisvergrendeling linksom te draaien in de stand .
HET VULLEN VAN DE WATERTANK
1. Haal de stekker van de luchtbevochtiger uit de
wandcontactdoos. Verwijder de watertank.
2. Draai de dop ( ) van de watertank los en vul de tank
B
met koud water (Afb 3). Niet vullen met warm of heet
water want dit kan de tank beschadigen of lekkage
veroorzaken.
).
A
)
E
) te verwijderen.
K
Afb 2) rechtsom
D
3. Draai de dop stevig vast en plaats de watertank terug
op de basis. De tank loopt onmiddellijk leeg in de
basiseenheid.
4. Sluit het netsnoer weer aan op een wandcontactdoos.
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
1. Druk op de Aan/Uit-knop (
in te schakelen. Als het apparaat is ingeschakeld,
brandt statuslampje 2 (
luchtbevochtiger op instelling 2 (hoog) werkt.
2. Gebruik de hoog/laag-knop (
(hoog) te kiezen. In de instelling hoog (2) wordt de
maximale hoeveelheid damp geproduceerd. In de
instelling laag (1) werkt de luchtbevochtiger het langst
en het stilst. Het is normaal dat het ongeveer 1 minuut
duurt voordat water in de luchtbevochtiger gaat koken
en er nevel wordt geproduceerd.
3. Druk nogmaals op de Aan/Uit-knop (
luchtbevochtiger uit te zetten.
4. Het medicatiereservoir (
dampuitlaat ( ). Schenk speciale medicatie
I
(etherische oliën) voor luchtbevochtigers in het
reservoir en schakel de luchtbevochtiger volgens de
aanwijzingen in. Voeg de medicatie NIET toe aan de
watertank. Voeg medicatie NIET toe aan het reservoir
wanneer de eenheid in werking is.
BELANGRIJK:
Zorg dat eventueel restwater uit de watertank en de
basiseenheid wordt verwijderd als u van plan bent de
luchtbevochtiger twee dagen of langer niet te gebruiken. Dit
is om groei van algen en bacteriën te voorkomen.
RESETPROCEDURE
Als de watertank leeg is en de verwarmingskamer bijna
leeg is, zal het apparaat automatisch worden uitgeschakeld.
Beide statuslampjes (
H
werkt niet meer totdat de watertank is bijgevuld en de
luchtbevochtiger zoals hieronder beschreven wordt gereset:
1. Schakel de luchtbevochtiger uit en haal de stekker uit
de wandcontactdoos.
2. Verwijder de watertank en vul deze bij. Volg de
aanwijzingen bij Dagelijks onderhoud en De watertank
bijvullen om de watertank schoon te maken en bij te
vullen. Plaats de tank terug in de eenheid.
3. Wacht 15 minuten voor de reset na het automatische
uitschakelen.
4. Sluit het netsnoer van de eenheid na 15 minuten
weer aan en schakel de luchtbevochtiger in. Binnen
ongeveer 1 minuut begint de eenheid damp te
produceren. Als dat niet zo is, is de eenheid nog steeds
te heet. Haal de stekker uit de contactdoos en wacht
nog eens 15-30 minuten. Sluit het netsnoer weer aan.
De eenheid moet nu voldoende zijn afgekoeld en
behoort normaal te werken.
21
) om de luchtbevochtiger
F
) ten teken dat de
H
) om 1 (laag) of 2
G
) om de
F
) bevindt zich bij de
J
) gaan knipperen en de eenheid