de voedingsbron voor de iGo selecteren
De iGo is een lichtgewicht, draagbare zuurstofconcentrator die rechtstreeks via drie verschillende voedingsbronnen kan worden bediend: (1) wisselstroom (2) gelijkstroom of
(3) oplaadbare batterij.
WAArSchuWInG
stel geen netsnoeren/adapters bloot aan water of andere vloeistoffen. Elektrische schokken of ernstig letsel kunnen anders het gevolg zijn.
Een onjuist gebruik van de netsnoeren, stekkers en/of adapters kan leiden tot brandwonden, brand of elektrische schokken. Gebruik geen netsnoeren/adapters die
beschadigd zijn.
Bedien het apparaat of de accessoires niet terwijl zij in water staan en dompel ze niet onder in water. Ook andere blootstelling aan water moet worden vermeden. De
behuizing van de iGo biedt geen bescherming tegen de schadelijke gevolgen van het binnendringen van vloeistoffen. Elektrische schokken of schade aan het
apparaat kunnen het gevolg zijn.
Gebruik met wisselstroom
De iGo is uitgerust met een universele wisselstroomadapter die wordt aangesloten op het netsnoer voor gebruik thuis of op andere locaties waar standaard netvoeding
beschikbaar is. Netvoeding gebruiken:
1. S luit de wisselstroomadapter aan door de pijl op de vergrendelingsring van de stekker uit te lijnen met de witte stip op de aansluiting op het apparaat. Oefen druk uit
totdat de vergrendelingsring lichtjes naar links draait en vervolgens opnieuw uitlijnt met de stip op de aansluiting. De adapter loskoppelen: pak de stekker beet, draai
deze naar links en trek. Als de adapter correct is aangesloten, gaat een groen lampje op de wisselstroomadapter branden en gaat het lampje voor externe voeding
branden op het bedieningspaneel.
2.
Sluit het netsnoer aan op de wisselstroomadapter en op een geaard stopcontact. Sluit de iGo niet aan op een verlengsnoer of op een elektrisch stopcontact met
wandschakelaar. Er mogen geen andere apparaten worden aangesloten op het desbetreffende stopcontact.
OPmeRKING–Gebruik een geaard stopcontact met drie pinnen. De aardepin mag NIET worden verwijderd van de stekker. Gebruik uitsluitend in combinatie met door
DeVilbiss goedgekeurde netsnoeren.
OPmeRKING– Het netsnoer dat wordt gebruikt met de iGo moet voldoen aan de vereisten van het land waarin het product wordt gebruikt.
Gebruik met gelijkstroom
Uw iGo bevat een gelijkstroomadapter die het mogelijk maakt het systeem te bedienen via als accessoire beschikbare gelijkstroomaansluitingen zoals te vinden zijn in
motorvoertuigen.
1.
Bepaal welke zekeringen worden gebruikt in uw motorvoertuig. Deze moeten een waarde van 15 AMP of hoger hebben. Raadpleeg de bedieningshandleiding voor uw
voertuig of kijk in het zekeringenkastje in het voertuig.
Start uw voertuig. OPmeRKING–Laat de iGo of gelijkstroomadapter NIET aangesloten in het voertuig achter terwijl de motor niet draait en probeer niet het voertuig te
2.
starten terwijl de gelijkstroomadapter is aangesloten op het voertuig. Hierdoor kan de accu van het voertuig leegraken.
3. P laats de gelijkstroomadapter in de voedingsaansluiting aan de zijkant van de iGo. Sluit de adapter aan door de pijl op de vergrendelingsring van de stekker uit te lijnen
met de witte stip op de aansluiting op het apparaat. Oefen druk uit totdat de vergrendelingsring lichtjes naar links draait en vervolgens opnieuw uitlijnt met de stip op de
aansluiting. De adapter loskoppelen: pak de stekker beet, draai deze naar links en trek.
4. C ontroleer of de gelijkstroomaansluiting schoon is en een goede verbinding mogelijk is. Steek het andere uiteinde van de gelijkstroomadapter in de
gelijkstroomaansluiting van het voertuig. Als de adapter correct is aangesloten en stroom ontvangt van de gelijkstroombron, gaat een groen lampje op de
gelijkstroomadapter branden en gaat het lampje voor externe voeding branden op het bedieningspaneel.
5. Zet de iGo en de gelijkstroomadapter goed vast in uw voertuig en zorg ervoor dat de luchtinlaat- en uitlaatopeningen niet geblokkeerd zijn.
OPmeRKING–De batterij wordt niet opgeladen wanneer deze wordt aangesloten op een gelijkstroomaansluiting.
Gebruik met batterij
WAArSchuWInG
Elektronica is gevoelig voor statische elektriciteit en kan tot elektrische schokken leiden. Raak de contacten in het batterijvak of op de batterij niet aan bij het
verwijderen van de batterij. De communicatiepoort is eveneens gevoelig voor statische elektriciteit en ook deze mag niet worden aangeraakt.
De iGo kan tevens worden gevoed via een oplaadbare batterij. Als de batterij is geïnstalleerd en er voldoende stroom beschikbaar is, laadt de iGo de batterij op telkens
wanneer er netvoeding beschikbaar is en de batterijtemperatuur voldoende laag is om een veilig opladen mogelijk te maken. Als de externe voeding wordt losgekoppeld,
schakelt de iGo automatisch over op de batterij (als deze is geïnstalleerd). Als de externe netvoeding wordt hersteld, gebruikt de iGo de externe bron als stroomvoorziening en
wordt de batterij opgeladen.
de batterij installeren: Plaats de lipjes van de batterij in de sleuven van het batterijvak en druk de batterij naar binnen totdat deze vastzit en zich op één lijn met de
achterkant van het apparaat bevindt. Als de batterij correct is geïnstalleerd en de iGo is ingeschakeld, wordt het lampje voor de batterijstatus weergegeven op het
bedieningspaneel. (Als u GEEN batterij hebt geïnstalleerd, brandt het statuslampje niet).
De batterij verwijderen: Duw de batterijvergrendeling omlaag. De batterij kantelt zodat u deze kunt vastpakken en verwijderen. vOORzICHTIG
verwijderd, ligt de communicatiepoort bloot. Sluit geen kabels aan op deze poort. Deze dient uitsluitend voor servicedoeleinden. De contactpunten van
de batterijen binnenin het vak en op de batterij komen eveneens bloot te liggen. Deze mogen niet worden aangeraakt.
Batterijcapaciteit: De capaciteit van de batterij wordt aangegeven op het bedieningspaneel. Een reeks van factoren, zoals de leeftijd van de batterij, de stroomsnelheid en de
bedieningsmodus PulseDose of continue toediening bepalen de duur van de bedieningstijd. De volgende tabel bevat een schatting van hoe lang een nieuwe, volledig
opgeladen batterij van de iGo meegaat.
Standaard gebruikstijd voor nieuwe batterij
Instelling
Continue toediening
1.0
4.0 uur
2.0
2.4 uur
3.0
1.6 uur
4.0
—
5.0
—
6.0
—
OPmeRKING– Controleer het laadniveau van de batterij voordat u op reis gaat. Batterijen raken naar verloop van tijd leeg.
A-306-1
Pulsedose (20 BPm)
5.4 uur
4.7 uur
4.0 uur
3.5 uur
3.2 uur
3.0 uur
–Als de batterij is
nl - 61