Automatische activering van het alarm
Als de automatische inschakeling geactiveerd is, kunt u de deuren ontgrendeld laten en toch uw auto beveiligd achterlaten.
Op het moment dat u het voertuig weer betreedt en het alarm deactiveert, is het noodzakelijk de deuren met de oorspronke-
lijke afstandbediening te vergrendelen en vervolgens te ontgrendelen. Activeer, nadat u de deur geopend heeft, binnen 50
seconden het dashboard om te voorkomen dat het systeem zich weer opnieuw inschakelt.
Garagefunctie (bruikbaar in het geval van een actieve automatische inschakeling)
In het geval het noodzakelijk is om het voertuig bij de garage achter te laten en u tijdelijk de automatische activering wenst
uit te sluiten, kunt u dit doen met behulp van de volgende procedure:
- Deactiveer het alarm, activeer het dashboard, druk op de knop/led en schakel vervolgens onmiddellijk het dashboard uit.
- 1 Beep van de sirene bevestigt de uitsluiting hiervan tijdens de volgende 15 activeringen van het dashboard.
Vergrendel de deuren met de oorspronkelijke afstandbediening om deze functie weer te activeren.
Noodsituaties
In het geval dat u de oorspronkelijke afstandbediening verliest of dat de batterijen hiervan leeggelopen zijn, is het noo-
dzakelijk dat u het voertuig betreedt door de gecentraliseerde vergrendeling te activeren met de mechanische sleutel.
Het systeem voor het openen van de deur genereert een optisch/akoestisch alarm. Om dit fenomeen stop te zetten, is
het noodzakelijk de Override code van het product in te voeren. De deactivering van het product wordt aangegeven
door het uitgaan van de led en de deactivering van de alarmstaat.
De Override code verschilt per product. De installateur brengt deze aan op de card van de kit.
Deactivering in een noodsituatie met behulp van de Override code (DEZE PROCEDURE GENEREERT ALTIJD
ALARMEN AANGEZIEN HIJ VEREIST DAT HET VOERTUIG BETREDEN WORDT EN DAT DE SLEUTEL IN HET
DASHBOARD OMGEDRAAID WORDT).
Voer de procedure uit die hieronder voor
de fases (, 2, 3, 4) beschreven en geïllu-
streerd wordt om het alarm te deactiveren:
1) Draai de sleutel op ON (+15) en controleer
dat de LED vast gaat branden;
2) Draai de sleutel weer op OFF en wacht
het aantal knipperingen van de LED af.
Druk op de Knop/Led om de eerste cijfer
van de geheime code te bevestigen.
LET OP: De knipperingen dienen met eerste
cijfer van de Override code overeen te komen
(bijv. Als de eerste cijfer van de code 1 is, moet
u na de eerste knippering op de Knop/Led
drukken).
3) Nadat u de eerste cijfer bevestigd heeft,
begint de led weer te knipperen. Druk op de
Knop/Led na het juiste aantal knipperingen
van de LED om de tweede cijfer te bevesti-
gen.
4) Voer deze procedure uit voor de resterende
drie cijfers. Als na de vijfde cijfer de ingevoer-
de Override code correct is, wordt het alarm
gedeactiveerd. Dit wordt gebevestigd door
het uitgaan van de LED en de deactivering van
de alarmstaat.
Het is noodzakelijk het alarmsysteem met behulp van de originele afstandbediening te activeren en te deactiveren om het
systeem weer operationeel te maken.
Een aantal tips
- zorg ervoor dat u de card met de Override code niet in uw voertuig bewaard;
- Plak de stickers, die u in de verpakking vindt, als afschrikmiddel op de ramen;
- Let extra goed op als de motor van de auto gereinigd wordt.
We raden u aan om in dit geval de sirene tegen waterstralen te beschermen;
- De installatie en de elektrische aansluitingen moeten door een professionele installateur worden uitgevoerd;
- Vraag, als u uw Override code verloren heeft, uw installateur om een nieuwe Override code te programmeren.
LEES AANDACHTIG DE VOLGENDE WAARSCHUWING DOOR IN HET GEVAL DAT OPTIONELE MODULES VOOR
HET AFSLUITEN VAN DE RAMEN GEÏNSTALLEERD ZIJN.
Als het voertuig niet uitgerust is met een systeem voor het automatisch afsluiten van de ramen, moet de bestuurder altijd,
op het moment dat hij het automatisch afsluiten activeert, controleren dat er geen kinderen of andere voorwerpen in de
nabijheid van de ramen aanwezig zijn. Dit om de verpletting tijdens het automatisch afsluiten van de ramen te voorkomen.
Het gevaar voor ongevallen bestaat als het raam niet automatisch geopend wordt in het geval dat tijdens het afslui-
ten een obstakel aanwezig is. Het raam komt alleen tot stilstand als het obstakel met aanzienlijke kracht de afsluiten-
de beweging van het raam tegenwerkt.
VOORBEELD VOOR HET INVOEREN VAN DE CODE 12321:
Het is noodzakelijk om onmiddellijk na een bepaald aantal
knipperingen van de LED op de knop te drukken. Dit aantal
moet met de afzonderlijke cijfers van de OVERRIDE code
overeenstemmen.
CENTRALE GEACTIVEERD
1
+15 ON
X 2
X 1
FLASH
ON
+15
OFF
BEVESTIGING
BEVESTIGING
1ste CIJFER (1)
2ste CIJFER (2)
CENTRALE GEDEACTIVEERD
15
2
3
2
X 3
X 2
FLASH
FLASH
BEVESTIGING
BEVESTIGING
3ste CIJFER (3)
4ste CIJFER (2)
NL
1
X 1
FLASH
FLASH
BEVESTIGING
5ste CIJFER (1)