Haal de rubberen afsluitdop
3
Schuif een waterafvoerslang (ø 0,5 inch inwendig) over de waterafvoer-
4
opening.
Het andere einde van de waterafvoerslang naar een daarvoor geschikte
5
plaats (afvoerputje) laten lopen. Let er daarbij speciaal op dat de afvoerslang
niet gedraaid is of knikken heeft. De slang moet aflopend geplaatst zijn over
de gehele lengte.
ONTVOCHTIGEN
Als het apparaat (vrijwel) uitsluitend als ontvochtiger wordt gebruikt, breng dan
de luchtafvoerslang µ niet aan en laat de warme lucht terugstromen in de te
ontvochtigen ruimte. U dient wel een waterafvoerslang (ø 0,5 inch inwendig)
naar een daarvoor geschikte plaats te leiden.
H
ONDERHOUD
PAS OP!
Schakel eerst de unit uit en trek de stekker uit het stopcontact voor u
het apparaat of filter gaat schoonmaken of het filter gaat vervangen.
Gebruik voor het regelmatig schoonmaken van de buitenkant van het apparaat
uitsluitend een zachte, vochtige doek.
Het gaasfilter moet regelmatig worden schoongemaakt. Gebruik daarvoor een
stofzuiger. Zie ook hoofdstuk D "Luchtfilter".
OPMERKING
Gebruik het apparaat nooit zonder gaasfilter.
I
OPBERGEN
Leeg het waterreservoir (zie hoofdstuk F).
1
Maak het filter schoon.
2
Zet het apparaat enkele uren aan in luchtcirculatiestand, waardoor het
3
binnenwerk volledig droog wordt.
Bescherm tegen stof en op een droge, niet voor kinderen bereikbare, plaats
4
opbergen.
uit de afvoer.
1
71