NL
B
de benodigde hoeveelheid benzine, voeg
vervolgens de gehele benodigde hoeveel-
heid olie toe en schud het reservoir. Ten
slotte voegt u de resterende benzine toe
en schudt u nogmaals.
3. Schroef de dop van de tank en vul de tank
met de mengsmering. Veeg benzineres-
ten rond de dop van de tank op en draai
de dop weer op de tank.
Controles voor het starten van
het apparaat
•
Controleer of de bougiestekker stevig
vastzit. Als de stekker loszit, kunnen von-
ken ontstaan, waardoor brandstofresten
vlam kunnen vatten.
•
Controleer of alle schakelaars soepel
gaan en of alle veiligheidsvoorzieningen
functioneren.
•
Controleer of de messen correct zitten en
of de handgrepen schoon zijn.
•
Controleer of er zich voldoende brandstof
in de tank bevindt en vul deze eventueel
met mengsmering.
2
3
48
Motor starten (afbeelding 2)
1. Plaats het apparaat op een stevige vlakke
2. Voor het inschakelen van de ontsteking
3. Bij een koude start zet u de choke (2)
4. Druk 5-10 keer op de brandstofpomp
5. Om de gashendel te vergrendelen, drukt
6. Houd het apparaat nu vast zoals afge-
7. Trek vervolgens aan het startkoord met de
8. Schuif de choke (2) naar rechts op 'Be-
8
1
ondergrond. Wees er zeker van dat de
mesbalk de bodem of andere voorwerpen
niet raakt.
verzet u de stopschakelaar (1) naar de
handgreep toe.
naar links op 'Choke'
(Primer) (3) tot er brandstof wordt opge-
pompt.
u tegelijkertijd de gashendelblokkering
(4), de gashendel (5) en de gashendelver-
grendeling (6) op de handgreep in. Laat
vervolgens alle schakelaars los. De gas-
hendel is nu vergrendeld.
beeld: met de linkerhand aan de voorste
handgreep en met de rechtervoet in de
achterste greep (7).
startgreep (8) tot de motor start.
trieb'
.
6
.
7
4
5
afb. 2