Geavanceerde programmeeropties
gewenste waarden in te stellen. Deze moeten binnen
het voor die parameter opgegeven bereik liggen. Het
opgegeven pictogram van die specifieke parameter
wordt weergegeven..
5.
Druk op de modusknop (M) om de instellingen
op te slaan en om over te gaan naar de volgende
parameter die u wenst te wijzigen. Het nummer van
de parameter zal knipperen.
6.
Druk op de omhoog- of omlaagknop om naar de
volgende parameter te gaan. (Als in de huidige
displayweergave het parameternummer wordt
weergegeven).
7.
U kunt al uw parameters via dezelfde procedure
programmeren. Druk nadat u het instellen
voltooid hebt op OK of op de zoneknop (
uw instellingen op te slaan en terug te keren naar
het normale displayscherm. (Als in de huidige
displayweergave het parameternummer wordt
weergegeven).
8.
Sluit de deur.
Opm.: Raadpleeg de tabel met parameters in de handleiding
van de hoofdeenheid.
Herstel van instelling defaultwaarden voor gebruiker
Hieronder vindt u de procedure voor het wijzigen van de
gebruikersparameters in standaardwaarden.
1.
Druk de knoppen thuis (
(
) gedurende 10 seconden tegelijkertijd in om de
gebruikersconfiguratiemodus te activeren. Wanneer
u deze instelling voor de eerste keer selecteert, wordt
999 in het tijdgedeelte en de startwaarde 10 in het
temperatuurgedeelte van het display weergegeven.
2.
Druk op de omlaagknop en houd de knop
ingedrukt. Als de teller de nul bereikt, wordt in
het temperatuurgedeelte van het display "Fd"
weergegeven. Dit betekent dat de fabrieksinstellingen
worden voorbereid. Nadat de fabrieksinstellingen in de
EEPROM zijn hersteld, reset de NUI het apparaat.
92
) om
) en niet thuis