Applicatieschema
Zie fig. 1:
1. Warmtepomp
2. Comfort Module
3. Kit voor 2 Zones
4. Manometers
5. Kogelkleppen
6. Waterfilter
7. vulklep
8. automatische aftapklep (zet in de hoogste plaatsen van
het circuit)
9. Waterafvoerklep (zet in de laagste plaatsen van het
hydraulisch circuit)
Z1. Gebruikersterminals zone 1
Z2. Gebruikersterminals zone 2
Terminals
De volgende terminaltypes zijn mogelijk:
• vloercircuit
• ventilatorspoelen
• radiatoren
• lagetemperatuurradiatoren
Verschillende terminals vereisen een verschillende
watertemperatuur.
Met de 2-zonekit kunnen tegelijkertijd terminals worden
gebruikt met verschillende watertemperatuurvereisten.
Regeling van de kamertemperatuur
In één kamer of verschillende kamers kunnen meerdere
terminals (T1, T2... Tn) worden geplaatst.
Elk van hen kan voorzien zijn van een thermostaat die de
terminal uitschakelt wanneer een bepaalde temperatuur
is bereikt.
Beschrijving van de unit
Zie fig. 3:
1. Temperatuursensor uitgaand water (zone 1)
2. Waterpomp (zone 1)
3. 3-wegklep en actuator (zone 1)
4. Collectoren
5. Watertemperatuursensor tank
Inhoud Box
Zie fig. 4:
kit voor 2 zones
Gebruikersinterface
installatiehandleiding 2-zonekit
Handleiding veiligheidsinformatie
Handleiding gebruikersinterface
Men kan tot 2 kamers (gelegen in verschillende zones)
regelen, met gebruikersinterfaces of een thermostaat
aangesloten op de unit.
In iedere zone moet de geregelde kamer de ruimte zijn met
de hoogste verwarmings-/koelvereisten.
Men kan op elke zone aansluiten:
- Gebruikersinterface
- thermostaat A
- thermostaat B
- niets (op afstand bestuurd door virtuele zone)
(OPMERKING: zie paragraaf 'ingang' voor thermostaat
type A/B. Zie virtuele zoneringseigenschappen in
handleiding gebruikersinterface)
Het verdient aanbeveling een thermostaat te installeren
op de terminals in kamers met een sterk verschillende
thermische behoefte.
De kamer wordt best geregeld met de gebruikersinterface;
op die manier regelt de besturing de watertemperatuur op
basis van het instelpunt en worden comfort en energie-
efficiëntie geoptimaliseerd.
Indien er geen gebruikersinterface wordt gebruikt:
• indien er thermostaten worden gebruikt, dient u de
klimaatcurven in de verwarmingsmodus iets hoger in te
stellen en in de koelmodus iets lager.
• indien er geen thermostaten worden gebruikt
(temperatuurvereisten moeten gelijk zijn voor alle
kamers), moeten de klimaatcurven zowel voor
verwarming als koeling exact juist worden ingesteld.
6. Drukschakelaar
7. Aftapklep
8. Waterpomp (zone 2)
9. Besturingskast
10. Elektronische kaart
11. Klemmenstrook
12. Condensaatafvoerleiding. Sluit niet de kraan aan op deze
leiding. Water wordt ook wel via de drukafvoer geloosd
47
80HMA - 9001