Plaats de krik vervolgens in een horizontale positie en vul de hoeveelheid olie zoals aangegeven bij elk model in de onderdelen tekening bij. Zorg ervoor
dater geen vuil in de krik komt als u de nieuwe olie bijvult.
Na een periode van langdurig intensief gebruik is het wenselijk om de olie te verversen. Dit om de levensduur van de krik te verlengen.
Belangrijk: Een overvloed aan olie kan er toe lijden dat het apparaat niet meer werkt.
3.5 Gebruik aileen hydraulische olie ISO 13.
Bijzonder belangrijk: Gebruik nooit remvloeistof!!
3.6 Als de krik niet gebruikt wordt, zorg ervoor dat de uitschuifschroef, de piston en het pompgedeelte beschermd worden tegen roest.
Gebruik indien nodig een anti roest middel hiervoor. Verwijder de hendel altijd na gebruik.
PREVENTIEF ONDERHOUD
Belangrijk: Vuil is de belangrijkste oorzaak van storingen in hydraulische eenheden. Houd de schoon en goed gesmeerd om te voorkomen dat
vreemd materiaal het systeem binnendringt. Als de krik is blootgesteld aan regen, sneeuw, zand of gruis, moet deze voor gebruik worden gereinigd.
Het gebruik van alcohol, hydraulische remvloeistof, motorolie met reinigingsmiddel en transmissieolie kan de afdichtingen beschadigen en storin-
gen van de krik veroorzaken. Gebruik uitsluitend goedgekeurde hydraulische vloeistof (type ISO 13).
1. Wanneer de krik niet wordt gebruikt, moeten de zuiger en pompstangen volledig zijn ingetrokken. Bewaar de krik op zijn voet (rechtopstaand) in een
goed beschermde ruimte waar de krik niet wordt blootgesteld aan corrosieve dampen, schurend stof of andere schadelijke elementen.
2. Zorg dat het oliepeil vlak onder de opening van de oliefilterdop blijft. Als u olie moet toevoegen, verwijder dan de vuldop en vul het reservoir.
3. Inspecteer de krik altijd visueel voordat u deze gebruikt. Neem de nodige maatregelen als u een van de volgende problemen vaststelt:
a. Gebarsten of beschadigde behuizing
b. Overmatige slijtage, buiging of andere schade
c. Lekkende hydraulische vloeistof
d. Bekraste of beschadigde zuigerstang
PROBLEEMOPLOSSING
Reparaties moeten uitgevoerd worden in een schone omgeving, door gekwalificeerd personeel dat bekend is met deze apparatuur.
Probleem
Haperende werking
Plunjer beweegt niet naar
voren
De plunjer schuift niet volledig
uit
Plunjer beweegt langzaam
Plunjer beweegt naar voren,
maar houdt de druk niet vast
Er lekt olie uit de krik
Plunjer wordt niet of heel
langzaam
ingetrokken
GARANTIE
Type D = 2 jaar. Zie de algemene voorwaarden in de catalogus FACOM of de tarieven van FACOM.
NU-DL.BTA-BTI_0916.indd 10
Oorzaak
1 . Lucht in het systeem.
2. Viscositeit van de olie te hoog.
3. Plunjer blokkeert of blijft hangen.
4. Inwendige lekkage in plunjer.
1 . Ontluchtingsventiel is open.
2. Weinig of geen olie in het reservoir.
3. Luchtbel in het systeem.
4. Systeem is overbelast.
1. Te weinig olie in het reservoir.
2. Zuigerstang blokkeert.
1. Pomp werkt niet goed.
2. Lekkende afdichtingen.
1. Het ontluchtingsventiel is open.
2. De plunjerafdichtingen lekken.
3. De terugslagklep van de pomp werkt niet.
4. Het overbelastingsventiel lekt of is niet
afgesteld.
1. Versleten of beschadigde afdichtigen.
1. Ontluchtingsventiel is gesloten.
2. Reservoir te vol.
3. Plunjer inwendig beschadigd.
e. Slecht functionerende wartelmoeren of verstelbare schroef
f. Losse onderdelen
g. Gewijzigde of veranderde uitrusting
1. Zet de krik op zijn voet en trek de plunjer in, waarna u de krik
ontlucht door het ontluchtingsventiel te openen en de oliedop te
verwijderen. Pomp gedurende 10 seconden.
2. Kies een olie met een lagere viscositeit.
3. Inspecteer de krik op aanwezigheid van vuil, kleverig materiaal,
verkeerde uitlijning, versleten onderdelen en defecte pakkingen.
4. Vervang de versleten pakkingen. Controleer of de krik sterk vervuild
of versleten is.
1. Sluit het ontluchtingsventiel.
2. Verwijder de oliedop, vul de krik met olie tot vlak onder de olievu-
lopening en ontlucht het systeem.
3. Zet de krik op zijn voet en trek de plunjer in, waarna u de krik
ontlucht door het ontluchtingsventiel te openen en de oliedop te
verwijderen. Pomp gedurende 10 seconden.
4. Gebruik de juiste uitrusting.
1. Vul de olie bij tot de vullijn en laat de lucht uit het systeem lopen.
2. Inspecteer de krik op aanwezigheid van vuil, kleverig materiaal,
verkeerde uitlijning, versleten onderdelen en defecte pakkingen.
1. Stel de pomp af.
2. Vervang de afdichtingen. Neem contact op met uw Facom-dealer.
1. Sluit het ontluchtingsventiel.
2. Vervang de afdichtingen. Neem contact op met uw Facom-dealer.
3. Reinig/vervang de terugslagklep. Neem contact op met uw Facom-
dealer.
4. Vervang het overbelastingsventiel of stel het af. Neem contact op
met uw Facom-dealer.
1. Vervang de afdichtingen. Neem contact op met uw Facom-dealer.
1. Open het ontluchtingsventiel.
2. Verlaag het oliepeil tot het juiste niveau.
3. Breng de krik naar een goedgekeurd onderhoudspunt voor
reparatie. Neem contact op met uw Facom-dealer.
Oplossing
07/09/2016 09:12:18