8. VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN
8.1. Overbelastbeveiliging
Iedere
tirfor
takel
®
overbelastbeveiliging. In geval van overbelasting zullen,
afhankelijk van het model, één of meer breekpennen
breken, die bevestigd zijn op de vooruitloophendel. Het
is dan niet meer mogelijk om te hijsen of te trekken.
Het is wel mogelijk om de terugloophendel te bedienen,
zodat de last naar beneden gelaten kan worden of om de
staaldraad te vieren.
8.2. Veiligheidssysteem tegen ongewild
ontkoppelen
De tirfor
takels van het model T-500D en TU zijn
®
voorzien van een ontkoppelingssysteem met een twee-
handenbediening. Deze beveiliging vereist een bewuste
bediening van de gebruiker om het apparaat te ontkoppelen.
Zie § 4: "Openen en sluiten van de klembekken".
9. VERVANGING VAN DE BREEKPENNEN
Afbeeldingen 17, 18, 19 en 20 tonen de positie van de
breekpennen voor de verschillende modellen. Reserve
breekpennen zijn bij de TU
opgeborgen in de vooruitloophendel en bij de andere
modellen in de ontkoppelingshendel (verwijder eerst de
plastic dop).
Verwijder een gebroken breekpen met een geschikte
drevel. Voor het model TU
vooruitloophendel van de hoofdas verwijderen met behulp
van een pulley trekker (type TE-6). Maak de opening waarin
de pennen zitten proper. Voor de TU
de vooruitloophendel van de hoofdas verwijderen door de
groeven in de hoofdas op een lijn te brengen met de groeven
in de vooruitloophendel. (afbeelding 17 en 18).
Voor de serie T500D en TU
breekpen uitrichten met de vooruitloophendel. Breng de
breekpen(nen) op hun plaats en sla deze met een hamer
in positie.
WAARSCHUWING: Het is verboden om een
originele breekpen te vervangen door iets anders dan
een originele tirfor
breekpen van hetzelfde model.
®
Voordat u het apparaat weer in gebruik neemt, moet u
ervoor zorgen dat de oorzaak van de overbelasting is
weggenomen. Indien nodig kunt u gebruik maken van
omloopblokken om de last in te scheren (afbeelding 6).
Vergeet niet een setje nieuwe breekpennen te bestellen,
en berg deze op de originele plek op.
10. STAALDRAAD
Om een veilig gebruik van de tirfor
garanderen, is het noodzakelijk de takel alleen met
originele tirfor
staaldraad te gebruiken. De tirfor
®
staaldraad is speciaal ontwikkeld om aan de eisen
van de tirfor
takel te voldoen.
®
tirfor
staaldraad is voorzien van een rode streng die
®
zichtbaar is op een nieuwe staaldraad.
Eén kant van de staaldraad is voorzien van een persklem
is
voorzien
van
een
8 en TU
16 modellen
™
™
8 en TU
16, moet u de
™
™
8 en TU
16 moet u
™
™
32 moet u het gat voor de
™
takel te kunnen
®
met een veiligheidshaak, (zie afbeelding 21), en de andere
zijde is voorzien van een laspunt (zie afbeelding 22).
Een goede conditie van de staaldraad is een garantie
voor veiligheid, en is net zo belangrijk als de staat
van onderhoud van de takel. Het is noodzakelijk de
conditie van de staaldraad constant te controleren, deze
te reinigen en te smeren met een vette doek gedrenkt in
motorolie of vet.
Gebruik geen vet of olie met grafiet toevoegingen of
molybdenum disulphide.
Visuele controle van de staaldraad
De staaldraad moet iedere dag op slijtage gecontroleerd
worden (beschadigde of gebroken draden: zie voor-
beelden in afbeelding 23).
In geval van gebleken slijtage, moet de staaldraad
door een bevoegd persoon worden nagekeken. Iedere
staaldraad met een diameter vermindering van meer dan
10% van de nominale diameter moet worden vervangen
(Zie afbeelding 24 voor de juiste methode om de
staaldraaddiameter te meten).
BELANGRIJK: Wij adviseren u, met name
voor hijstoepassingen, te zorgen dat de lengte van de
staaldraad groter is dan de benodigde hijshoogte. Neem
minimaal ongeveer één meter extra.
Als de last over grote hoogtes omhoog of omlaag
verplaatst moet worden, moeten er voorzorgsmaatregelen
getroffen worden die voorkomen dat de last gaat draaien.
Dit voorkomt dat de staaldraad uitdraait.
Voorkom dat een onder spanning staande staaldraad over
scherpe hoeken of randen wordt getrokken. De staaldraad
moet alleen gebruikt worden met omloopschijven met de
juiste schijfdiameter.
Stel de staaldraad nooit bloot aan temperaturen boven de
100°C.
Gebruik nooit een staaldraad die blootgestaan heeft
aan brand, bijtende chemicalien of atmosfeer, of is
blootgesteld aan elektrische lading.
Opslag: zie hoofdstuk 7: "Uitschakelen en opslag".
11. ONDERHOUDSINSTRUCTIE
Het apparaat moet regelmatig worden geïnspecteerd,
gereinigd en gesmeerd. Tenminste één keer per jaar door
TRACTEL
BENELUX B.V., SECALT S.A., of door een
®
goedgekeurde reparatiedienst.
Gebruik nooit vet of olie met grafiet toevoegingen of
molybdenum sulphide.
Om het apparaat te reinigen legt u het in een bad met
een geschikt reinigingsmiddel, echter geen aceton en
derivaten of ethyleen trichloore en derivaten. Schud het
apparaat daarna stevig door elkaar om het vuil los te
maken en keer de takel dan op zijn kop om het vuil door de
openingen voor de vooruitloophendel en terugloophendel
®
te verwijderen. Laat de takel uitdruipen en droog worden.
Na deze behendeling moet u het apparaat goed
invetten door olie (type SAE 90-120) door de openingen
van de bedieningshendels, en voor de modellen TU
TU
16 via de speciale smeeropeningen, op het interne
™
mechanisme te brengen.
NL
8 en
™
31