nl
3. Richt het ronde deel aan de achterkant van
de afstandsbediening met ingedrukte knop-
pen gedurende 5 seconden rechtstreeks op
de vrijgaveschakelaar.
De aandrijvingen worden geactiveerd en
voeren een zelftest uit.
Als de aandrijvingen tegen de wie-
len zijn geplaatst, kan er een korte
schokbeweging optreden.
De verbinding met de aandrijvingen
wordt opgebouwd.
De bedrijfsmodus-led brandt continu
groen.
De aandrijvingen zijn actief.
4. Houd de knoppen net zolang ingedrukt tot de
leds bij de plaatsingsknoppen knipperen (afb.
2).
De procedure is geactiveerd; u kunt de
knoppen loslaten.
De aandrijvingen bewegen zich naar de wie-
len. Pas als alle leds continu branden, zijn
de aandrijvingen volledig tegen de wielen ge-
plaatst.
5. Controleer of de aandrijvingen correct zijn ge-
plaatst.
ADVICE
Als de ledlampjes na of bij het plaatsen
van de aandrijvingen tegen de wielen op-
lichten
en
den, is er bij het plaatsen een fout opget-
reden.
Stel de aandrijvingen terug om de fout te
herstellen.
Aandrijvingen van de wielen halen
VOORZICHTIG!
Gevaar voor ongevallen door wegrol-
len!
Trek voor het weghalen van de aandrij-
vingen altijd de handrem van de caravan
aan.
De cijfers tussen haakjes verwijzen in deze para-
graaf naar Afb. 2.
Werkstappen
1. Druk de knoppen (d en e) in.
2. Houd de knoppen ingedrukt tot de LED's op
de terugstelknoppen knipperen.
Het proces wordt geactiveerd – u kunt de
knoppen loslaten.
36
continu blijven bran-
De aandrijvingen bewegen zich van de wie-
len af. Als beide LED's permanent branden,
zijn de aandrijvingen teruggezet.
3. Wacht tot ook de bedrijfs-LED knippert.
Pas als ook de bedrijfs-LED knippert, zijn
de aandrijvingen veilig uitgeschakeld.
4. Schakel de afstandsbediening uit met de
aan-/ uitschakelaar (b) aan de zijkant.
5. Controleer of beide aandrijvingen correct zijn
teruggesteld.
ADVICE
Als de aandrijvingen niet helemaal
konden worden teruggesteld (radiosto-
ring/afstandsbediening te vroeg uitge-
schakeld), moeten de volgende stappen
worden uitgevoerd:
Werkstappen
1. Druk bij ingeschakelde afstandsbediening de
knoppen (d en e) in.
2. Houd de afstandsbediening op de vrijgave-
schakelaar, als beide terugstellings-LED's
niet knipperen.
3. Houd de knoppen ingedrukt tot de terugstel-
lings- LED's knipperen.
Als beide LED's permanent branden, zijn
de aandrijvingen teruggezet.
4. Wacht tot ook de bedrijfs-LED knippert.
Pas dan zijn de aandrijvingen veilig uit-
geschakeld.
5. Schakel de afstandsbediening met de hoof-
dschakelaar uit.
6. Controleer of beide aandrijvingen correct zijn
teruggesteld.
MONTAGE
Zie aparte montagehandleiding.
ADVICE
Wij adviseren alle montagewerkzaam-
heden uitsluitend door competente vak-
bedrijven of door onze AL-KO service-
stations te laten uitvoeren.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montage
Neem de veiligheids- en waarschuwingsinstruc-
ties in de montagehandleiding in acht.
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
Bediening