Afschuinen (fig. A1, G2 & O2)
• Stel de arm in voor een afkorting onder 0°.
• Zet het zaagblad ruim boven het werkblad.
• Zet de afschuinhendel (20) los en trek de afschuinvergrendeling (22) uit
(fig. G2).
• Kantel de motor naar de gewenste hoek op de afschuinschaal (21)
(fig. A1).
• Gebruik voor 90° of 45° rechts de afschuinvergrendeling (22) en
vergrendel met de afschuinklemhendel (20).
• Gebruik voor tussenliggende hoeken alleen de afschuinklemhendel.
• Handel als bij verticaal afkorten.
Schulpzagen (fig. H2, J1 & J2)
De motor kan worden vastgezet in de posities in-schulpen of uit-schulpen
(zie fig. J1 & J2) om de machine voor resp. smalle en brede werkstukken
aan te passen.
• Zet de motorslede in uitgetrokken positie vast en gebruik hiervoor de
schulpvergrendeling.
• Zet de motorsledehendel (23) vrij en druk op de
motorsledevergrendeling (52) om de motor naar de juiste positie te
draaien, tot de motor op zijn plaats vastzit (fig. J1).
• Zet de motorsledehendel (23) vast.
• Positioneer de motorslede langs de arm voor de gewenste breedte van
de snede met behulp van de schulpschaal (76) en vergrendel hem met
behulp van de schulpvergrendeling in positie.
• Stel de zaagbladbescherming in zoals eerder is beschreven en draai de
stofafzuigadapter (58) van u weg (fig. H2). Denk erom dat bij schulpen
een spouwmes (61) en anti-terugslagvingers (59) nodig zijn (fig. J2).
• Voer het werkstuk langzaam in het zaagblad en houd het stevig aangedrukt
op het werkblad en tegen de achteraanslag. Forceer het zagen niet. De
snelheid van het zaagblad moet constant worden gehouden.
Gebruik altijd een duwhout.
Afschuinschulpen
• Zet de machine in de positie afschuinen/afkorten.
• Roteer de motorslede in schulppositie.
• Positioneer de motorslede voor de juiste schulpbreedte.
• Zet de anti-terugslagvingers in de gewenste hoek zodat zij plat op het
werkstuk en het spouwmes omlaag houden.
• Handel als bij schulpen.
Dubbele versteksnede
Een dubbele versteksnede is een combinatie van een afschuinsnede en
een versteksnede.
• Stel de gewenste afschuinhoek in.
• Zwaai de arm naar de gewenste verstekpositie.
• Handel als bij verstekzagen.
Schakel altijd de machine uit wanneer het werk is beëindigd en voordat u
de stekker uit het stopcontact haalt.
Stofafzuiging (fig. H1)
De machine is voorzien van een stofafzuigadapter (58).
• Sluit indien mogelijk een stofafzuiger aan die voldoet aan de geldende
richtlijnen voor stofemissie.
• Plaats bij het afkorten een stofzak (optie) achter de zaaglijn.
Opties
Haal vóór het aanbrengen van een accessoire altijd de stekker
uit het stopcontact.
62
Groevenfrees (fig. F1, P1 & P2)
Figuur P1 toont de onderdelen waaruit de groevenfrees bestaat.
Met de groevenfrees kunt u in een keer brede diepe sleuven frezen.
Scherpe randen.
Montage van de groevenfrees
• Verwijder de zaagbladbescherming en het zaagblad.
• Plaats een mes (94) op de as, en zorg ervoor dat de tanden naar
beneden wijzen.
• Monteer het gewenste aantal tussenmessen (95) dat nodig is voor de
gewenste breedte en als laatste het freesmes (94).
• Zet de groevenfrees vast met behulp van de standaard asmoer (38) (fig. F2).
• Verwijder het spouwmes en de steunbeugel uit de
zaagbladbescherming en monteer de bescherming.
• Laat de groevenfrees tot de gewenste freesdiepte zakken.
Gebruik van de groevenfrees
- In afkort- of verstekstand
• Beweeg de anti-terugslagvingers omhoog en opzij.
• Stel de vingerbescherming in.
- In schulpstand
• Stel de anti-terugslagvingers naar behoren in.
Trekbegrenzer (fig. A1, K, Q1 - Q3)
De trekbegrenzer (96) staat garant voor optimale resultaten bij
toepassingen waarvoor een constante toevoersnelheid van belang is.
Monteren van de trekbegrenzer
• Verwijder de automatische terugloop (89) in fig. M.
• Verwijder de motorsledeaanslag (14) in fig. A1.
• Monteer de beugel (97) en de motorsledeaanslag zoals afgebeeld in
fig. Q2.
• Draai de stifttap (98) in de kartelknop (106) met behulp van een
inbussleutel los en schroef de kartelknop af (fig. Q3).
• Draai de stifttap (99) in de achterste steun (100) los en verwijder de steun.
• Schuif de cilinder (101) door de cilinderklem (102) (fig. Q1).
• Positioneer de cilinderklem (102) boven de schulpvergrendeling (15) en
draai de stifttappen aan beide zijden van de houder (103) vast.
• Monteer de achterste steun (100) en de kartelknop (106) weer en draai
alle schroeven vast (fig. Q3).
• Positioneer de achterste steun (100) zoals afgebeeld (fig. Q3) en draai
de stifttap (99) vast.
• Druk de rolkop naar achteren en positioneer de cilinder zover mogelijk
in zijn klem (102) en naar achteren. Het einde van de stang moet de
ontluch-tingsnippel in de balg niet raken, wanneer de balg (104) is
samengedrukt. Controleer de positie door op de ontluchtingsnippel te
drukken.
• Draai de schroef (105) in de cilinderklem aan.
• Stel de uitloopsnelheid in met de kartelknop (106).
Ontluchten van de trekbegrenzer
Na het bijvullen of vervangen van de olie in de trekbegrenzer moet de lucht
uit het systeem verdreven worden.
• Verwijder de eenheid van de machine en klem de eenheid in verticale
positie, met de zuiger volledig uit en omlaag.
• Verwijder de plug aan het achtereinde van de balg (104). Houd de balg
vast om het weglopen van olie te voorkomen.
• Vul de balg volledig met hydraulische olie Castrol 210 NRL25 of
gelijkwaardig en gebruik een trechter of injectiespuit.
• Plaats de vuldop en draai deze één slag aan.
• Druk de balg een beetje in tot uit de vuldop enige olie ontsnapt.
• Draai de vuldop vast met een steeksleutel en monteer de eenheid weer.
N E D E R L A N D S
nl - 7