rond het onderste gedeelte van de buis van de rugleuning
(fig. 20D). Neem de hoes weg en let erop dat u de veilig-
heidsgordels er doorheen haalt. 21. Maak de drukknopen
los die zich op de achterste buizen van de wandelwagen
bevinden, zoals in figuur 21A wordt getoond. Maak druk-
knoop C open en neem de twee haken D en E onder het
stoffen paneel op de zijkant van de wandelwagen weg (fig.
21B). Haal de hoes tenslotte van de rugleuning door hem
omhoog te trekken. Om de wandelwagen weer te bekle-
den herhaalt u de hiervoor beschreven handelingen in om-
gekeerde volgorde.
LET OP: controleer regelmatig de spanning van de riem
onder de zitting (fig. 20B).
ACCESSOIRES
LET OP: Het kan zijn dat de vervolgens beschreven acces-
soires bij enkele uitvoeringen van het product niet aanwe-
zig zijn. Lees de instructies betreffende de accessoires die
aanwezig zijn bij de door u gekochte uitvoering aandachtig
door.
MULTIFUNCTIONELE MAND
De wandelwagen kan uitgerust zijn met een multifuncti-
onele mand.
22. Bevestig de mand door de voorste lussen door de steu-
nen A te steken. Bevestig de velcrobandjes rond de buizen
B. Laat de achterste bandjes tenslotte rond de buizen C lo-
pen en maak de drukknopen vast (fig. 22).
LET OP: laad de mand met niet meer dan 3 kg.
REGENHOES
De wandelwagen kan worden uitgerust met regenbekle-
ding.
23. Voordat u de regenhoes vastmaakt, laat u de linten op
de plaatsen die in figuur 23 worden getoond om de buizen
van de wandelwagen lopen en maakt u de velcrobandjes
op de achterzijde van de regenhoes vast
Laat de hoes na het gebruik aan de lucht drogen (als hij nat
zou zijn geworden), voordat u hem opvouwt en opbergt.
LET OP: let bijzonder goed op tijdens het gebruik van de
regenhoes.
LET OP: De regenhoes mag niet zonder kap of zonnekap
op de wandelwagen worden gebruikt, omdat het kind hier-
door kan stikken. Laat de wandelwagen met het kind erin
nooit in de zon staan als de regenhoes op de wandelwagen
is gemonteerd om gevaar voor oververhitting te voorko-
men.
VOETENZAK
Sommige uitvoeringen kunnen worden uitgerust met voe-
tenzak, ideaal voor een koud klimaat.
24. De voetenzak is uitgerust met lussen om de veiligheids-
gordels doorheen te halen als hij wordt gebruikt (fig. 24).
25. Plaats de voetenzak zoals in figuur 25 wordt getoond en
maak de drukknopen op de getoonde plaatsen vast.
LET OP: gebruik de voetenzak altijd door de veiligheids-
gordels door de speciale openingen te halen.
LET OP: Controleer de temperatuur van de plaats waar het
kind zich bevindt. Bedek het kind niet teveel.
VOETENZAK
26. De voetenzak kan via de ritssluiting en door het onder-
ste gedeelte van fleece te verwijderen in een voetenbekle-
ding worden omgevormd (fig. 26).
27. Om de voetenbekleding aan te brengen, draait u de lus-
sen om de buizen van de wandelwagen en op de plaatsen
die worden getoond in afbeelding 27.
VEILIGHEIDSBEUGEL
28. Om de veiligheidsbeugel te verwijderen drukt u op de
twee knoppen op de zijkant van de beugel (fig. 28) en trekt
u hem naar u toe. Open één kant van de stootbumper, om
het kind gemakkelijker in de wandelwagen te kunnen zet-
ten.
29. Om de veiligheidsbeugel terug aan het frame te be-
vestigen steekt u de twee plastic uiteinden van de veilig-
heidsbeugel in de speciale steunen, zoals wordt getoond
in figuur 29.
LET OP: Maak het kind altijd met de veiligheidsgordels
vast. De veiligheidsbeugel is GEEN bevestigingssysteem
voor het kind.
LET OP: de veiligheidsbeugel mag niet gebruikt worden
om het artikel op te tillen.
DRAAGHANDGREEP
30. Om de gesloten wandelwagen gemakkelijker te vervoe-
ren is hij voorzien van een handige draaghandgreep (fig.
30)
COMFORT-KIT
De wandelwagen kan voorzien worden van de Comfort-Kit,
die bestaat uit 2 schouderbeschermstukken en een tussen-
beenstuk.
31. Steek de schouderriemen in de beschermstukken, zoals
getoond op afbeelding 31A, en steek het tussenbeenstuk
in de daarvoor bedoelde opening (fig. 31B).
Belangrijke opmerking: de afbeeldingen en instructies in
dit boekje hebben betrekking op een bepaalde uitvoering
van de wandelwagen; sommige onderdelen en functies
die hier worden beschreven kunnen, afhankelijk van de
door u gekochte uitvoering, anders zijn.
GARANTIE
Het product valt onder garantie tegen elke non-confor-
miteit binnen de normale gebruiksomstandigheden zoals
voorzien in de gebruiksaanwijzingen.
De garantie is dus niet geldig in geval van schade veroor-
zaakt door oneigenlijk gebruik, slijtage of toevallige ge-
beurtenissen.
Voor de duur van de garantie inzake non-conformiteit ver-
wijzen we naar de specifieke richtlijnen en de nationale
normen die van toepassing zijn in het land van aankoop,
indien deze voorzien zijn.
34