4�2 De zonne-energieaansluitingen bedraden
Deze paragraaf beschrijft het aansluiten van de PowerRouter op de zonnepanelen.
Alvorens de PV-strengstekkers aan te sluiten op de PV-aansluitingen doorloopt u deze controlelijst:
Zet de DC-schakelaar op de PowerRouter in de stand OFF
•
Gebruik koperdraad (4 mm
geen fijn-geslagen draad
•
Controleer of de DC-spanning en -stroomsterkte van uw zonne-energie-installatie de maximale waarden op het typeplaatje niet
overschr jden.
•
Controleer de polariteit van de PV-strengen
•
Gebruik speciaal gereedschap om de MC4-stekker aan de PC-draden te zetten. het PV-MS-gereedschap wordt beschreven in bijlage
D.
Sluit 1 of 2 strengen aan op de PV-ingangsaansluitingen met de juiste MC4-stekkers.
5
De 2kW-unit heeft slechts 1 PV-ingang.
6
!
Sluit nooit 1 PV-streng tegelijk aan op beide PV-aansluitingen (parallelle aansluiting).
Sluit nooit 1 PV-streng in serie aan op beide PV-aansluitingen.
LET OP!
4�3 De accu- en sensoraansluitingen bedraden
Deze paragraaf beschrijft het aansluiten van de PowerRouter op de accu en de temperatuursensor.
Sluit de accu niet aan vóór het in bedrijf stellen; raadpleeg hoofdstuk 5.
Accu-aansluiting:
7
1.
Gebruik een accukabel met een diameter van ten minste 95 mm.
2.
Monteer een zekering (300 A, langzaam doorbrandend) in de accupluskabel, zo dicht mogelijk b j de accu
3.
Strip ongeveer 25 mm isolatie van de kabel
4.
Steek de kabel in de klem (rood in de positieve klem, zwart in de negatieve klem)
5.
De kabelaansluiting aanhalen met een inbussleutel (6 mm) (aanhaalmoment: 15 Nm - 20 Nm)
6.
Gebruik een kabelschoen (oogklem) aan het andere uiteinde van de kabel.
Temperatuursensoraansluiting:
1.
Sluit de sensordraden aan op de aansluitingen TMPS (rode draad) en GND (zwarte draad) van de PowerRouter
2.
Plak de zelfklevende temperatuursensor op de accu vlakbij de (+) pool
!
Controleer of de accuaansluitingen correct zijn bedraad en met het juiste aanhaalmoment zijn aangehaald. Bij het aansluiten van de accu kan
een vonk worden veroorzaakt.
Verkeerd bedraden kan schade toebrengen aan de PowerRouter. Lees de sticker op de accu.
LET OP!
Acculaadstations moeten worden geplaatst in de aangewezen acculaadzones. Dit is vanwege de gevaren van waterstofgas en accuzuur.
Rook niet en voorkom open vuur in de buurt van waterstofgas. Draag beschermende uitrusting bij werkzaamheden aan accu's.
i
De temperatuursensor wordt gebruikt om het laden van de accu te controleren en voor de veiligheid.
4�4 Overbruggingsschakelaar (voor professionele modellen)
Deze paragraaf beschrijft het gebruik van een overbruggingsschakelaar.
De professionele modellen van de PowerRouter gebruiken de aansluiting AC LOCAL OUT om de verbruikers te voeden. Deze unieke functie
8
maakt het mogel jk om noodstroom te leveren in het geval van een netstoring, aangezien een PowerRouter met een aansluiting AC LOCAL
OUT kan omschakelen naar de 'eilandmodus' wanneer zich een stroomonderbreking voordoet op het openbare elektriciteitsnet. Na een
korte vertraging hervat hij de werking, waarna zijn unieke aansluiting AC LOCAL OUT een stabiele voeding van 230 Vac levert aan de
aangesloten verbruikers.
Overbruggingsschakelaars zijn essentiële componenten die de PowerRouter ondersteunen in kritische-belastingssituaties. (De PowerRouter
werkt als een UPS-systeem.) De overbruggingsschakelaar geeft u de mogel jkheid de PowerRouter uit te schakelen voor onderhoud, zonder
de voeding naar de verbruikers te onderbreken. Als de schakelaar wordt geactiveerd, wordt de netvoeding van de PowerRouter weggeleid
en rechtstreeks aangesloten op de verbruikers. De PowerRouter kan daarna worden onderhouden en de onderhoudswerkzaamheden
kunnen worden uitgevoerd zonder de verbruikers te onderbreken. Wanneer de PowerRouter klaar is om weer ingeschakeld te worden, wordt
de overbruggingsschakelaar gedeactiveerd en wordt de netvoeding weer naar de PowerRouter geleid zodat de verbruikers weer voeding
van de PowerRouter ontvangen.
De overbruggingsschakelaar is een optionele component en moet apart worden besteld en geïnstalleerd. (Specificaties van de
overbruggingsschakelaarcontacten = 230 V, 40 A.)
i
De AC-ingangs- en AC-uitgangscircuits (AC GRID en AC LOCAL OUT) zijn geïsoleerd van de behuizing en de systeemaarde.
AC-aarding: sluit de PowerRouter aan op de AC-aarde van het openbare elektriciteitsnet via de aardaansluiting (PE).
PV-aarding: volg de lokale voorschriften. DC-aardelektrodepen: een DC-aardelektrodepen kan verplicht worden gesteld door de lokale
autoriteiten. De aansluiting AC LOCAL OUT van de PowerRouter is een optionele aansluiting, en kan worden besteld afhankelijk van hoe de
PowerRouter wordt gebruikt.
dik) voor alle PV-bedrading naar de PowerRouter. Gebruik alleen massieve of geslagen draad. Gebruik
2
en een lengte van maximaal 2,5 m per kabel
2
NL
51