Inbedrijfstelling Van Uw Hemtek St / K-St; Werkomgeving En Veiligheid; Gereedheid Voor Gebruik; Positioneren - Leister HEMTEK ST Manual Del Usaurio

6. Inbedrijfstelling van uw HEMTEK ST / K-ST

6.1 Werkomgeving en veiligheid

Gebruik de heteluchtlasautomaat uitsluitend in goed geventileerde ruimten.
Plaats de heteluchtlasautomaat nooit in een explosiegevaarlijke omgeving of licht ontvlambare omge-
ving en houdt steeds afstand tot brandbare materialen of explosieve gassen!
Lees het informatieblad betreffende de materiaalveiligheid van de fabrikant en volg de aanwijzingen
op. Let erop dat het materiaal tijdens het lassen niet verbrandt.
Gebruik het apparaat uitsluitend op stabiele tafels of werkbanken, die de belasting kunnen dragen
zonder om te vallen.
Neemt u bij onduidelijkheden tijdens de installatie of tijdens bedrijf contact op met de fabrikant.
1
21
Netsnoer en verlengkabel
De nominale bedrijfsspanning, zoals vermeld op het apparaat (zie technische gegevens), moet overeenstemmen
met de netspanning.
Aggregaten voor de energievoorziening
Let er s.v.p. bij het gebruik van aggregaten voor de energievoorziening op dat de aggregaten geaard zijn en van een
FI-veiligheidsschakelaar zijn voorzien.
Voor het nominale vermogen van aggregaten geldt de formule "2 x het nominale vermogen van het heteluchtlasautomaat".
Let erop dat de lasautomaat alleen is bestemd voor gebruik in gebouwen. Zorg ervoor dat aan alle vereisten in de gebrui-
kershandleiding van het aggregaat is voldaan.

6.2 Gereedheid voor gebruik

Controleer de geleider (14) instelling en vervolgens de basisinstelling van het lasmondstuk (18).
Zorg ervoor dat de tafelbevestiging (7) correct is bevestigd en de werktafel stabiel staat.

6.3 Positioneren

• Controleer of het te lassen materiaal aan de boven- en onderkant schoon is.
• Controleer vervolgens, of lasmondstuk (18), aandrijf-/aandrukrol (15/16) schoon zijn.
• Breng het materiaal nu schoon in de geleider (14) en klap de aanpersrol (16) met behulp van het
gewichtshandvat (17) naar beneden.
• Controleer of het materiaal evenwijdig met de automaat loopt en het lasmondstuk (18) goed ingebracht kan
worden.
42
Tijdens werkonderbrekingen of voor het
afkoelen moet u heteluchtblazer (1) met
behulp van het pedaal of de druktoets (21)
in de parkeerpositie zwenken.