Instructies voor veilig gebruik – Emerson FloBoss 107 Flow Manager
Onderdeelnr. D301594X012
Februari 2018
700 V dc (+5%, –0%) voor 60 seconden
▪
Overschrijd nooit een maximale stroomsterkte van 5 mA;
zorg dat er geen doorbraak of overslag is.
4. Kies een geschikte plaats voor de volledige behuizing.
Controleer bij de keuze van de installatieplek alle vrije
ruimten. Zorg voor voldoende ruimte voor de
bekabeling en het uitvoeren van onderhoud. Dicht alle
gaten in de behuizing af om de
beschermingsclassificatie IP54 te behouden. Zorg dat
de bevestiging van de behuizing voldoet aan alle
vereisten w.b. gewicht en dat de installatie voldoet
aan de plaatselijke bouwvoorschriften.
5. Zorg voor goede aarding van de FB107.
Door een correcte aarding van de FB107 worden de
effecten van elektrische stoorsignalen gereduceerd en
wordt het apparaat beschermd tegen blikseminslag.
De FB107 beschikt over bescherming tegen
blikseminslag voor geïntegreerde
veldbedradingsingangen en -uitgangen.
Alle aardvoorzieningen moeten een staaf- of
roosterimpedantie van niet meer dan 2,0 ohm hebben,
gemeten met een aardtester. De aardingsgeleider moet
een weerstand hebben van ten hoogste 1 ohm tussen
het aardpunt op de FB107-behuizing en de
aardingsstaaf of het -rooster.
Als de impedantie tussen de leiding en aarde groter is
dan 2 ohm, moet de FB107 elektrisch geïsoleerd
worden en moet een aardingsstaaf of
aardingsroostersysteem worden geïnstalleerd.
Voor de I/O-signaalbedrading wordt een geïsoleerde,
afgeschermde, getwiste, tweeaderige kabel
aanbevolen. De getwiste twee aders en de
afscherming beperken door elektromagnetische
storingen, radiofrequentiestoringen en
overgangsstromen veroorzaakte foutsignalen tot een
minimum.
6. Sluit de FB107 aan op de voeding, de I/O-
instrumenten en de communicatieapparatuur. Alle
externe aansluitingen (of veldklemmen) bevinden zich
op het klemmenbord. Op het klemmenbord kan
bekabeling tot maximaal 16 AWG worden gebruikt.
De connectors van de FB107 zijn drukklemmen. De klem
voor de ingangsspanning (CHG+ / CHG–) heeft een
verwijderbare connector en hiervoor kan bekabeling tot
maximaal 16 AWG worden gebruikt. In alle gevallen
moeten de aansluitingen als volgt worden gemaakt: strip
het uiteinde van de ader (max. 6 mm), steek het
gestripte uiteinde van de ader in onder het klemplaatje
onder de aansluitschroef en draai dan de schroef aan tot
0,25 Nm.
Er dient zo min mogelijk ongeïsoleerde ader
vrijgelaten te worden om kortsluiting te voorkomen.
Laat de draden bij de aansluitingen iets langer om
trekbelasting te voorkomen.
4
GEVAAR
De verbindingsschroeven niet te strak aandraaien.
OPMERKINGEN: Controleer of de polen correct zijn
aangesloten vóór de stroom wordt
ingeschakeld.
7. Schakel de FB107 in.
8. Configureer de FB107 voordat u deze in bedrijf stelt. U
kunt het apparaat configureren met ROCLINK 800-
configuratiesoftware op een pc. Normaliter sluit u de
pc aan op de LOI-poort van de FB107 om
configuratiegegevens over te zetten op de FB107,
hoewel u ook offline configuraties kunt ontwikkelen
om ze later op de FB107 te zetten.
De firmware van de FB107 bevat standaardwaarden
voor alle parameters. Als de standaardinstellingen
aanvaardbaar zijn voor uw toepassing, laat u ze
ongewijzigd. U gebruikt ROCLINK 800 om de
parameterwaarden te wijzigen. Zie de
Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK 800-
configuratiesoftware (voor FloBoss 107) (onderdeel
D301249X012).
9. Bij de kalibratieroutine kan 5-puntskalibratie worden
gebruikt, waarbij de drie middelste punten in
willekeurige volgorde kunnen worden gekalibreerd.
De lage of nullezing wordt eerst gekalibreerd, gevolgd
door de hoge of volledigeschaallezing. De drie
tussenliggende punten kunnen daarna desgewenst
worden gekalibreerd. De analoge ingangen voor
diagnose - logisch voltage (E1), accuvoltage (E2) en
printplaat/accutemperatuur (E5) - zijn niet ontworpen
om te worden gekalibreerd.
Als de optionele I/O-afsluitpunten zijn geïnstalleerd,
kalibreert u de analoge ingang met de ROCLINK 800-
software.
De kalibratieprocedure voor deze ingangen staat
beschreven in de Gebruiksaanwijzing voor ROCLINK
800-configuratiesoftware (voor FloBoss 107) (onderdeel
D301249X012).
10. Bepaal om problemen met de FB107 op te lossen altijd
eerst of het probleem door de configuratie of door de
hardware wordt veroorzaakt. Controleer (met ROCLINK
800) de configuratie om eventuele onjuiste instellingen
te vinden. Controleer de hardware op beschadigingen.
Controleer de klemmenborden op verkeerd gemaakte
aansluitingen.
Als de problemen met de FB107 verband lijken te
houden met de software, probeer dan om de FB107 te
resetten met een warme start, koude start of reset.
www.Emerson.com/RemoteAutomation