Descargar Imprimir esta página

Jotul C 150 FL Manual De Instalación Con Información Técnica página 49

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 29
Opmerking! Er mag geen gewicht worden overgedragen van de
haard naar de schoorsteen. De haard mag niet verhinderen dat de
schoorsteen kan bewegen. De haard mag niet op de schoorsteen
worden vastgezet.
Aanbevolen luchtstroom van schoorsteen, «2.0 Technische
gegevens». Als de luchtstroom te sterk is, kunt u een luchtklep
installeren en gebruiken om de luchtstroom te regelen.
3.4 Voorbereiding/installatie
Controleer of de inzethaard geen transportschade heeft
opgelopen voordat u de haard installeert.
NB! Dit onderdeel is zwaar. Daarom hebt u bij het monteren en
bij het plaatsen van de haard hulp nodig.
Montage vóór plaatsing (afb. 1)
1.
De afsluitingen van de schoorsteen en het veegluik moeten
gecontroleerd worden om slechte trek door lekkage te
voorkomen. Een schoorsteenveegbedrijf kan de schoorsteen
controleren.
2.
Controleer of de Jøtul C 150 FL in de haard past. Afbeelding
1 toont de minimale afmetingen van de haard. Zorg dat u
2-3 mm ruimte laat tussen de panelen en het frame, zodat de
haard door de warmte kan uitzetten.
3.
Vóór de installatie moet de haard grondig schoon gemaakt
worden. Als er oud, vastgebrand roet en teer in de haard zit
kan dit tijdens gebruik een onaangename geur veroorzaken.
Gebruik een geschikt reinigingsmiddel.
NB! Zorg dat de bodem van de haard vlak is.
Voorbereiding/installatie (afb. 2)
1.
Als de cassette is uitgepakt, dient u de hendel die tegen de
achterkant van de brandkamer geplaatst is door de kachelpijp
naar buiten te halen. Verwijder het rooster, de aslijsten, de
keerplaat en de zak met inhoud. Verwijder de onderplaat en
vuurplaten, en doe de deur dicht.
2.
Leg de cassette voorzichtig op zijn rug (gebruik zonodig de
kartonnen verpakking om beschadigingen te voorkomen).
3.
Schroef vanaf de binnenkant de drie stelschroeven, M8x70,
die u in de zak kunt vinden, in de onderkant van de cassette
(afb. 2A). Als de cassette hoger moet zijn, moet u langere
schroeven aanschaffen of de cassette op bakstenen o.i.d.
plaatsen.
4.
Bevestig de plaat met het goedkeuringsmerk aan de schroef
onder de cassette (afb. 2B-B).
5.
Neem de drie M8 moeren uit de schroevenzak en draai de
stelschroeven er losjes in (afb. 2B-C).
6.
Til de cassette op en plaats deze in de haard.
7.
Plaats altijd de beschermringen (afb. 2B-A) onder de
stelschroeven om de onderlaag te beschermen en te
voorkomen dat de cassette gaat verschuiven.
8.
Het aandraaien van de moeren versteld de schroeven (afb.
2B-C). (Wanneer het moeilijk is de moer achterin te bereiken
laat u het zitten.)
Het opvullen van de ruimtes tussen de haard
en de cassette
Als u de ruimtes tussen de haard en de cassette op wenst te
vullen met roosters, raden we u aan om de informatie in het
gedeelte «5.0 Optieonale accessoires« door te nemen. Daar
krijgt u informatie over de goede plaats van de cassette in de
haard. Eventuele roosters moeten uitgeprobeerd worden vóór
het rookafvoerkanaal wordt afgekit.
3.5 Zet op/installatie (afb. 6 en 17)
Montage van de schoorsteen
1.
Door een kachelpijp van Ø 150 mm aan de binnenkant van het
rookafvoerkanaal en eventuele pijpbochten te gebruiken kan
de cassette aan alle verschillende soorten haarden worden
aangepast. Hou bij berekening van de lengte van de kachelpijp
(of de pijpbochten) rekening met een overlapping van 40 mm
bij het rookafvoerkanaal van de cassette. Het aansluiten op
de schoorsteen dient volgens de instructies van de fabrikant
te gebeuren.
2.
Bedenk vervolgens hoe de pijpbochten en de kachelpijp
geïnstalleerd moeten worden. Het kan eventueel noodzakelijk
zijn om de kachelpijp te ondersteunen, zie afb. 6, om het
installeren makkelijker te maken en/of er zeker van te zijn
dat de verbinding tussen de cassette en de schoorsteen
duurzaam en veilig wordt.
3.
Indien noodzakelijk kan er een gat gemaakt worden in de
overkapping om de kachelpijp goed te kunnen installeren,
zie afb. 17B. Wij raden aan om een dergelijk gat niet weer af
te sluiten, maar om een rooster/ventiel in de overkapping te
plaatsen zodat de warmte van de cassette makkelijker het
vertrek in stroomt. (afb. 17C). De warme lucht van de cassette
moet altijd uit de haard kunnen stromen. Er moet lucht aan
de onderkant van de cassette naar binnen kunnen stromen,
en aan de bovenkant naar buiten kunnen stromen.
4.
Afhankelijk van de vorm van de haard kan het noodzakelijk zijn
om een extra pijpbocht en rookkanaal te gebruiken, zie afb. 17.
5.
Gewoonlijk kan de pijpverbinding tussen de cassette en
de schoorsteen vanuit de cassette geveegd worden. Als er
een pijpbocht aangebracht wordt (waardoor dit moeilijk
wordt) moet er een veegluik of een luik in de overkapping
aangebracht worden.
6.
Als er een rooster tussen de kachelpijp en de schoorsteen
wordt aangebracht, dient deze stevig te worden aangepast/
overgekapt en vastgezet om goed af te sluiten.
NB! Het is van belang dat de verbinding volledig luchtdicht wordt
afgesloten. Lekkage van lucht en dergelijke kan de goede werking
van de haard belemmeren.
Montage (afb. 3, 4, 5 en 7)
1.
Als de cassette definitief geplaatst is en de koppeling met de
schoorsteen gereed is, moet het rookafvoerkanaal definitief
geïnstalleerd worden.
2.
Breng kit aan langs de groeven van het rookafvoerkanaal,
zie afbeelding 3A, B en C en installeer vervolgens het
rookafvoerkanaal zoals hierboven beschreven. Sluit de
verbinding tussen het rookafvoerkanaal en de kachelpijp goed
af met kit. Het is van belang dat de verbindingen volledig
luchtdicht wordt afgesloten.
3.
Duw het rookafvoerkanaal door de kachelpijp en schuif de
schroeven aan weerskanten van het kanaal in de groeven
van het rookafvoerkanaal. (afb. 4).
4.
Bevestig de bovenste twee moeren (afb. 5A) zodat het
rookafvoerkanaal niet omvalt, en vervolgens de onderste
twee (afb. 5B) . Gebruik de bijgeleverde moeren.
5.
Leg de onderplaat en de vuurplaten terug. Plaats vervolgens
de keerplaat (afb. 7A) in de groeven boven aan de vuurplaten
(afb. 7B).
NEDErlANDS


Publicidad

loading