NEDERLANDS
Functie
Voor setpoint
Modificeren setpoint
Modificeren menu "Gebruikers
niveau"
Menu verlaten
Modificeren menu
"Installateursniveau"
Menu verlaten
LIJST MET NIVEAU 1 VARIABELEN (Gebruikersniveau)
VARIABELEN
r0
Temperatuur differentie vergeleken met het SETPOINT
Ontdooi interval (Uur)
d0
Ontdooiing setpoint
d2
Ontdooiing wordt niet uitgevoerd als de waarde van de temperatuur hoger is dan "d2".
(Als de sensor defect is wordt de ontdooiing op tijd uitgevoerd)
d3
Maximale ontdooitijd (minuten)
Duur druptijd (minuten)
d7
Na een ontdooibeëindiging blijven de compressor en ventilator gedurende tijd d7
stilstaan, De ontdooi LED op het frontpaneel knippert.
Ventilatorpauze na ontdooiing (minuten)
De ventilator blijft na de druptijd stilstaan gedurende tijd F5. Deze tijd begint na het
F5
einde van de druptijd. Als er geen druptijd is ingesteld start de ventilatorpauze direct
na het einde van de ontdooiing.
Minimum temperatuuralarm
Maakt het mogelijk voor de gebruiker om een minimum ruimtetemperatuur in te
A1
stellen. Beneden waarde A1 schakelt het alarmcontact: het alarm LED knippert,
weergave temperatuur knippert en de zoemer gaat aan om het probleem te melden.
Maximum temperatuuralarm
Maakt het mogelijk voor de gebruiker om een maximum ruimtetemperatuur in te
A2
stellen. Boven waarde A2 schakelt het alarmcontact: het alarm LED knippert,
weergave temperatuur knippert en de zoemer gaat aan om het probleem te melden.
tEu
Verdampersensor temperatuurweergave
LIJST MET NIVEAU 2 VARIABELEN (Installateursniveau)
VARIABELEN
AC
Deurschakelaarstatus
Ventilatorstatus bij compressor uit
F3
F4
Ventilator pauze tijdens ontdooiing
Sensor aanwezigheid
Als de verdampersensor Is aangesloten worden ontdooiingen
dE
uitgevoerd volgens cyclusperiode d0: ontdooiing eindigt als
een externe sensor aanspreekt en het remote ontdooicontact
schakelt en sluit of als tijd d3 afloopt.
Type ontdooicyclus, omkeersysteem (heet gas) of met
d1
ontdooi-elementen
Netwerkadres voor aansluiting op het TeleNET supervisor
Ad
systeem
Minimum- en maximum temperatuur signalering en alarm
Ald
weergave vertraging
C1
Minimum tijd tussen uit- en inschakelen van de compressor.
CAL
Ruimtesensor waarde correctie
200 EXPERT
Pag. 4
Pers
+
/
+
(3 seconden)
+
(3 seconden)
+
+
(3 seconden)
+
(3 seconden)
VERKLARING
VERKLARING
Parameters Abstract
WAARDE
0.2 - 10 °C
0 - 24 uur
-35 - 45 °C
1 - 240 min
0 - 10 min
0 - 10 min
-
-
Geeft
verdampertemperatuur
weer
(geeft niets weer
als dE =1)
WAARDE
0= normaal open (NO)
1= normaal gesloten (NC)
0 = ventilatoren draaien continue
1 = ventilatoren alleen in bedrijf als
compressor in bedrijf is
0 = ventilatoren draaien tijdens ontd.
1 = ventilatoren staan stil tijdens ontd.
0 = verdampersensor aanwezig
1 = geen verdampersensor
1= heetgas
0= element
0 – 31 (met Au=3)
1..247 (met Au=7)
1...240 min
0...15 min
-10...+10
Rev. 01-15
FABR. INST.
2°C
4 uur
15°C
25 min
0 min
0 min
-45°C
+45°C
Alleen lezen
FABR. INST.
0
1
1
0
0
0
120 min
0 min
0