Alle functie-instellingen kunnen optioneel met de afstandsbedieningen RC5, RC8 en
de Smart Remote worden uitgevoerd. (➔ '7. Toebehoren')
Inbegrepen bij de levering - montage op de muur (afb. 3.1)
Inbegrepen bij de levering - montage in de muur (afb. 3.2)
Overzicht apparaat (afb. 3.3)
A Belastingsmodule kabels op de muur
B Belastingsmodule kabels in de muur
C Designplaat rond of hoekig
D Sensormodule
Afmetingen product
Opbouw rechthoekig/rond (afb. 3.4)
Inbouw rechthoekig/rond (afb. 3.4)
4. Elektrische installatie
De montageplek dient zodanig gekozen te worden, dat er daglicht op de lichtsen-
sor kan schijnen. Voor de montage van de NM 5000-3 COM1 is optioneel een
hoekwandhouder (art.nr. 648015 zwart of 035174 wit) verkrijgbaar.
De stroomtoevoer bestaat uit een 3-polige kabel:
L
= fase (meestal zwart, bruin of grijs)
N = nuldraad (meestal blauw)
PE = aarde (groen/geel)
= geschakelde fase (meestal zwart, bruin of grijs)
Opmerking permanente verlichting (afb. 4.1):
In de stroomtoevoerkabel kan natuurlijk een netschakelaar voor in- en uitschakelen
worden gemonteerd. Voor de functie permanente verlichting is dit zelfs noodzakelijk.
(➔ '6. Werking')
– Opbouwvariant
Bij beschadiging van de afdichtingsdopjes dient u de openingen voor de kabeldoor-
voer met een dubbele membraanmof M16 resp. M20 (min. IP54) af te dichten.
Voor de wandmontage is behalve het afdichtingsdopje ook een condenswatergat
aangeduid (Ø 5 mm boor). Dit moet indien nodig geopend worden. (afb. 5.3)
36
Aansluitvoorbeelden (afb. 4.2)
a Lamp zonder aanwezige nuldraad
b Lamp met aanwezige nuldraad
c Aansluiting via serieschakelaar voor handmatige schakeling en
automatische werking
d Aansluiting via een wisselschakelaar voor permanente verlichting en
automatisch gebruik
Stand I:
automatische werking
Stand II:
handmodus voor permanente verlichting
Opgelet: uitschakelen van de installatie is niet mogelijk, alleen de keuze tussen stand
I en II.
a) Aangesloten apparatuur, verlichting max. 2000 W (zie Technische gegevens)
b) Aansluitklemmen van de sensor
c) Schakelaar binnenshuis
d) Serieschakelaar binnenshuis, hand, automatisch
e) Wisselschakelaar binnenshuis, automatisch, permanente verlichting
Parallelschakeling van meerdere sensoren (niet afgebeeld)
Hierbij is het belangrijk dat het maximale aansluitvermogen van een sensor niet
wordt overschreden. Bovendien moeten alle apparaten aan dezelfde fase worden
aangesloten.
Opmerking: de kabellengte tussen twee sensoren mag max. 50 m bedragen.
5. Montage
• Alle onderdelen controleren op beschadigingen.
• Neem het product bij beschadigingen niet in gebruik.
• Kies een passende montageplaats; houd hierbij rekening met de reikwijdte en de
bewegingsregistratie.
Montagestappen (afb. 5.1)
• Stroomtoevoer uitschakelen.
• Sensormodule scheiden van de designplaat.
• Sensormodule scheiden van de belastingsmodule.
• Netaansluiting maken.
- Kabels op de muur (afb. 5.4)
- Kabels in de muur (afb. 5.5)
• Bevestigingsschroeven plaatsen en de belastingsmodule monteren.
• Sensor- en belastingsmodule in elkaar steken en vastschroeven.
• Stroomtoevoer inschakelen.
• Functie-instellingen uitvoeren. (➔ '6. Werking')
• Designplaat aanbrengen.
37