Informations concernant la locomotive réele
Le nouveau cheval de trait de la Deutsche Bundesbahn,
la locomotive série E 03, a été présentée au public
en 1965 lors de la Foire Internationale du Transport à
Munich. Capable de rouler à 200 km/h, cette locomoti-
ve pour trains de voyageurs permettait d'accélérer les
cadences des liaisons TEE de l'époque ou du réseau
InterCity en cours d'établissement.
La différence la plus marquante entre la présérie et la
série définitive de E 03 résidait dans le nombre de grilles
d'aération latérales. Les premiers modèles ne possédai-
ent que 5 grilles de chaque côté tandis que les machines
de la série définitive en comportaient 10.
La puissance nominale continue des locomotives de série
était de 7740 kW, la vitesse maximale réglementaire de
200 km/h.
A cette vitesse, les locomotives faisaient voler pierres de
ballast et mottes de neige. De la glace se logeait derrière
les tabliers frontaux sous la traverse tampon et c'est ainsi
qu'à partir de 1982, les tabliers frontaux furent démontés
sur toutes les BR 103 par mesure de sécurité.
A partir de 1987, la nouvelle livrée des véhicules de la DB
fut appliquée également aux BR 103, de telle sorte que le
design beige-rouge pour les véhicules IC fut progressive-
ment échangé contre la livrée rouge orient à face frontale
blanche.
Informatie van het voorbeeld
Als het nieuwe paradepaard van de Deutsche Bundes-
bahn, zo werd in 1965 op de internationale verkeersten-
toonstelling in München, de nieuwe serie E 03 aan het
publiek getoond. Met een maximumsnelheid van 200
km/h maakte deze sneltrein locomotief kortere reistijden
mogelijk op de toen bestaande TEE-verbindingen en het
in opbouw zijnde intercity-net.
Het markante onderscheid tussen de voorserie en de
serie E 03 locomotieven is het aantal luchtroosters aan
de zijkant. Terwijl de serie-uitvoering 10 van deze roosters
aan elke zijkant heeft, waren de eerste modellen met
slechts 5 luchtroosters uitgevoerd.
Het continu vermogen van de serielocomotieven was
7740 kW, de maximumsnelheid in de dienstregeling
200 km/h.
Bij deze snelheid wervelden de locomotieven ballastste-
nen en sneeuwklompen op. Achter de frontbeplating,
onder de bufferbalken vormde zich een ijsafzetting. Om
die reden werd vanaf 1982 bij alle BR 103 de frontbepla-
ting verwijderd.
Vanaf 1987 werden de nieuwe huisstijlkleuren van de
DB-voertuigen ook bij de BR-103 gebruikt. Hiermee
werd stap voor stap het beige-rode IC-voertuigen design
ingeruild voor de oriënt-rode kleur met een wit vlak op het
front van de loc.
3