Om overtollige condensatiewaterproductie bij geopende
schakelkastdeuren te vermijden, verdient het aanbeveling
om een deurcontact te plaatsen, zodat het koelapparaat
automatisch uitgezet wordt.
8
Montage
8.1
Algemeen
• De schakelkast moet op een plaats gemonteerd worden waar een
ruime aan- en afvoer van lucht voor het koelaggregaat voorzien
is.
• De onderlinge afstand van de apparaten of van de apparaten tot
een wand moet minstens 200 mm bedragen.
• Bij de opstelling en montage van de binneninstallatie van de
schakelkast moet er eveneens op gelet worden dat de lucht ook
daar vrij kan stromen.
• De montage van het koelapparaat kan met en zonder bescherm-
kap (buiten) gebeuren.
(Het apparaat moet spanningsvrij zijn!)
• De plaats waar het aggregaat gemonteerd wordt, moet tegen
sterke vervuiling beschermd worden.
Oppassen!
Wanneer het koelapparaat aan een schakelkastdeur wordt
gemonteerd, moet gegarandeerd zijn, dat de scharnieren het
extra gewicht dragen en de schakelkast ook bij het openen
niet omkiept.
Oppassen! Bramen die in de schakelkast terechtko-
men, kunnen kortsluitschade veroorzaken.
Als de vereiste uitsparingen in de schakelkast worden
ingebracht voor de montage van de koelapparaten, moet
u verhinderen dat spanen in de schakelkast terechtkomen,
door er een afdekking onder te leggen
Tip
Om de montage te vergemakkelijken kunnen bij zware apparaten
M8-kraanogen in de bovenste bevestiging van de kap van het
apparaat worden ingeschroefd. Zo is een gemakkelijke „Een-
mansmontage" mogelijk.
8.2
Montage koelapparaat voor zij-aanbouw DTS
Het bevestigingsvlak van de schakelkast heeft uitsparingen(en) en
boringen voor luchtdoorlaatopeningen en voor de bevestiging van
het apparaat overeenkomstig de bijlage.
De afbeelding in de bijlage toont bovendien de positie van de
elektrische aansluitingen en luchtdoorlaatopeningen .
1) Uitsparingen(en) en boringen voor het koelapparaat inbrengen,
als deze in de schakelkast nog niet voorhanden zijn (zie
afbeelding in de bijlage).
Snijkant ontbramen.
2) Profielafdichting op plaatkant van de uitsparing(en) steken.
Afdichting zo steken dat de stooteinden onderaan liggen.
3) De beide schroefdraadbouten, die meegeleverd werden als
bijartikel, in de bovenste bevestigingspunten van het koelapparaat
inschroeven. Apparaat met behulp van schroefdraadbouten van
buiten aan de schakelkast hangen.
4) Gebruik aan de binnenkant van de schakelkast de schroeven,
moeren en schijven (meegeleverd als bijartikel) voor de
bevestiging van het koelapparaat. Bevestiging zo vast aantrekken
dat de afdichting tot 2 mm samengedrukt wordt.
20
5) Slang voor de condensafvoer uit de boring in de bodem van het
apparaat trekken. Slang met hellingsgraad leggen. Indien nodig
inkorten.
6) Wanneer de montage van het koelapparaat zonder afdekkap
gebeurde, steekt u de aardingskabel en verbindingskabel naar
het weergave-element op de kap en monteer deze op het
koelapparaat.
7) Kabel conform aansluitschema (zie achterzijde van het apparaat)
aan de stekker (bijartikel) klemmen en aan het apparaat
aansluiten.
- Draaddoorsnede: 0,5 – 2,5mm² , resp. AWG20 - AWG14 (bij de
keuze van de kabeldoorsnede moeten de relevante bepalingen
in acht worden genomen!)
8) Koelapparaat elektrisch aansluiten (zie hoofdstuk 8.4).
8.3
Montage inbouw-koelapparaat DTI
Het bevestigingsvlak van de schakelkast krijgt een rechthoekige
uitsparing overeenkomstig de bijlage.
De afbeelding in de bijlage toont de positie van de luchtdoorlaatope-
ningen na de montage van het apparaat, gezien vanuit de binnenkant
van de schakelkast.
1) Uitsparing voor het koelapparaat uitsnijden, wanneer ze in de
schakelkast nog niet voorhanden is (zie afbeelding in de bijlage).
Snijkant ontbramen.
2) Koelapparaat (pos 1) langs buiten in de uitsparing plaatsen en
verder schuiven tot de apparaatafdichting tegen de schakelkast
(pos 2) ligt. Springveer (pos 4) aan de zijkant of bovenkant van
het apparaat klikt hoorbaar in en zorgt ervoor dat het apparaat
er niet uitvalt.
1 Koelapparaat DTI
2 Schakelkastwand of -deur
3 Bevestigingsveer
4 Springveer
3) Laat aan de binnenkant van de schakelkast de bevestigingsveren
(pos. 3), die meegeleverd waren als bijartikel, in de behuizing
van het koelapparaat klikken. Druk daartoe de veer met de hand
zo aan, dat de houdhoek in de uitsparing van de behuizing kan
induiken.
Plaats bij schakelkasten met verstevigingsframe de beves-
tigingsveren in de achterste uitsparingen van de behuizing.
4) Slang voor condensafvoer uit de boring in de bodem van het apparaat
trekken. Slang met hellingsgraad leggen. Indien nodig inkorten.
5) Als de montage van het koelapparaat zonder afdekkap
gebeurde, steek dan de aardingskabel en de verbindingskabel
naar het weergave-element op de kap en monteer deze op het
koelapparaat.
085 408 164