Testen en inschakelen van het apparaat
Vul het apparaat eerst met water voordat u het inschakelt.
Voor het vullen opent u de hoofdkraan van de waterleiding en die van het warme water totdat alle lucht
uit de boiler is. Voer een visuele inspectie uit op eventuele waterlekken vanuit de flenzen en de by-
pass-leidingen; draai de bouten ( Afb.5, Ref.C) en/of de kransen (Afb.5) eventueel voorzichtig aan. Zet
het apparaat aan met de schakelaar.
ONDERHOUD (VOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL)
Alle ingrepen en onderhoudsactiviteiten moeten door erkende installateurs worden uitgevoerd (installa-
teurs die in het bezit zijn van de rekwisieten die door de geldende normen worden vastgesteld).
Voordat u de Technische Servicedienst inschakelt omdat u een storing vermoedt, dient u te controleren of
deze storing niet afhankelijk is van andere oorzaken, zoals bijvoorbeeld een tijdelijke onderbreking van de
toevoer van water of elektriciteit.
Let op: koppel het apparaat los van de netvoeding voordat u werkzaamheden verricht.
Legen van het apparaat
U dient het apparaat te legen indien het ongebruikt in een vertrek wordt geplaatst waar het mogelijk kan
vriezen.
Als dit nodig is, kunt u het apparaat als volgt legen:
- koppel het apparaat los van de netvoeding;
- draai de afsluitkraan dicht, indien geïnstalleerd (Afb. 2, Ref. D), anders de hoofdkraan van de woning;
- draai de warmwaterkraan open (wastafel of badkuip);
- draai de kraan open (Afb. 2, Ref. B).
Eventuele vervanging van onderdelen
Door het plastic kapje te verwijderen, kunt u bij de elektrische onderdelen komen (Afb. 7).
Om interventies op de vermogenkaart (Ref. Z) uit te voeren,ontkoppelt u de kabels (Ref. C, Y en P) en draait
u de schroeven los. Om interventies op het bedieningspaneel uit te voeren, moet u eerst de vermogenkaart
verwljderen. De displaykaartis op het product bevestigd met behulp van twee bevestigingsplaatjes aande
zijkant (Afb. 4a, Ref.A), die toegankelijk zijn binnenin de onderste kap.
Om de bevestigingsplaatjes van het bedieningspaneelmos te maken, gebruikt u een platte schroevendraa· ier
om ze weg te wippen (Afb. 4b, Ref.A) en van de pinnenlos te maken, tegelijk duwt u naar buiten toe om het
bedieningspaneeluit zijn zitting te halen. Herhaaldeze handeling op beide bevest gingsplaatjes. Let zeer goed
opom de plastic plaatjes niet te beschadigen. Wanneer deze stuk zijn,is het immers moeilijk om het paneel-
correctin zjn zitting te assembleren,waardoor er mogelijk ook esthetische defecten kunnen optreden.Wanneer
het bedieningspaneel is weggenomen, kunt ude connectoren loskoppelenvan de stang met de sensoren en
van de vermogenkaart. Ominterventies uit te voeren op de stangen met de sensoren (Afb. 7, Ref.K), moet u de
kabeltjes (Afb. 7, Ref.F) loskoppelen van het bedieningspaneel en ze uit hun zitting halen; let daartlij goed op
om de stangen niet teveel te buigen.
Tijdens de fase om opnieuw te monteren,moet u opletten dat de positie van alle componenten met de
oorspronkelijke positie overeenkomt.
Om werkzaamheden aan de anodes te kunnen uitvoeren, moet het apparaat eerst geleegd worden.
Draai de bouten los (Afb. 5, Ref. C) en verwijder de flenzen (Abb. 5, Ref. F). De flenzen zijn verbonden met
verwarmingselementen en anodes. Let bij het opnieuw monteren erop dat de steunassen van de sensoren en
de verwarmingselementen in de oorspronkelijke posities worden teruggeplaatst (Fig. 7 en 5). Let erop dat de
flensplaat met de code H.E.1 of H.E.2 in de positie met dezelfde code wordt gemonteerd. Na elke verwijdering
wordt aanbevolen om de pakking van de flens te vervangen (Fig. 6, Ref. Z).
LET OP! Het omkeren van de verwarmingselementen leidt tot een slechte werking van het apparaat. Ver-
vang één element tegelijk en demonteer het tweede element pas nadat u het eerste heeft teruggeplaatst.
Gebruik alleen originele vervangingsonderdelen van erkende assistentiecentra van de fabrikant, anders
vervalt de conformiteit van het apparaat met het (Italiaanse) Ministerieel Besluit 174.
49 / NL