•
De mobiele telefoon is niet waterdicht. Het apparaat en de accessoires
mogen niet worden bewaard of opgeladen in een vochtige omgeving
(bijv. in een badkamer, doucheruimte, keuken). Regen, vocht en vloeis-
toffen kunnen mineralen bevatten die kunnen leiden tot corrosie van de
elektrische componenten. Tijdens het laden bestaat gevaar op een elek-
trische schok, brand en beschadiging.
•
Toegelaten temperatuurbereik tijdens opladen en bedrijf: 0-40 °C.
Hoge temperaturen kunnen de levensduur van elektronische apparaten
verkorten, de batterij beschadigen en kunststof onderdelen kunnen ver-
vormen of smelten. Indien de mobiele telefoon bij temperaturen onder
0 °C wordt gebruikt of bewaard, kan condensatie optreden in de tele-
foon en kunnen de elektronische componenten beschadigd raken.
•
Gebruik of bewaar de mobiele telefoon niet in een stoffige of vuile
omgeving. Stof kan storingen in de mobiele telefoon veroorzaken.
•
Schakel de mobiele telefoon uit op locaties waar ontploffingsgevaar
bestaat en neem alle waarschuwingen in acht. Locaties waar ontplof-
fingsgevaar bestaat, zijn ook locaties waar normaal gesproken wordt
aanbevolen voertuigmotoren uit te zetten. Op dergelijke locaties kun-
nen vonken explosies of brand veroorzaken, die kunnen leiden tot per-
soonlijk letsel of levensbedreigende situaties.
Dergelijke locaties zijn onder andere: tankstations, chemische installa-
ties, transport- of opslaginstallaties voor gevaarlijke chemicaliën, ruim-
ten onder een scheepsdek, locaties waar de lucht chemische bestandde-
len of fijnstof bevat (bijv. stof- of metaaldeeltjes).
•
Het kortsluiten, demonteren of veranderen van de mobiele telefoon is
verboden. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel, een elektrische schok,
brand of beschadiging van de lader.
•
Maak alleen een USB-verbinding met USB-versie 2.0 of hoger.
Als de mobiele telefoon tijdens gebruik, opladen of bewaren heet wordt,
verkleurt, vervormt of ondicht wordt, dient u direct contact op te nemen
met de klantenservice van Gigaset.
Batterij en laadproces
Explosiegevaar bij onveilige vervanging van de batterij.
Afvoer van gebruikte batterijen volgens de richtlijnen
•
Verbrand of verhit batterijen nooit en voer ze niet af naar een hitte- of
brandgevaarlijke omgeving, om vrijkomen van batterijvloeistof, overver-
hitting, explosie of vuur te vermijden. Demonteer of verander de batterij
niet en las niet aan de batterij. Bewaar de batterij niet in een omgeving
met blootstelling aan sterke mechanische invloeden.
•
Gebruik geen scherpe voorwerpen, bijvoorbeeld een schroevendraaier,
om de batterij aan te raken en te doorboren. Hierdoor kan batterijvloeis-
tof vrijkomen, de batterij kan oververhit raken, exploderen of vlam vat-
ten. Het pletten, verhitten of verbranden van batterijen is streng verbo-
den.
•
Wanneer elektrolyt van de batterij in de ogen komt, kan dit leiden tot
verlies van het gezichtsvermogen. Wanneer elektrolyt in aanraking komt
met de ogen, wrijf dan niet met de handen in het oog. Spoel het betref-
fende oog onmiddellijk grondig uit met schoon water en raadpleeg een
arts. Wanneer elektrolyt in aanraking komt met de huid (of met kleding)
bestaat gevaar voor brandwonden. Spoel de huid of het kledingstuk
24
„Correcte afvoer van de batterij"
de en es fr it nl