11. Levensmiddelen invriezen
Vrijwel alle levensmiddelen kunnen worden ingevroren met uitzondering van
groente die rauw wordt gegeten zoals sla, en bepaalde soorten fruit zoals bana-
nen, peren en granaatappels.
Alleen levensmiddelen van goede kwaliteit zijn geschikt om in te vriezen. Ver-
deel de levensmiddelen in porties die in één keer opgaan, zodat het niet nodig
is om ontdooide producten opnieuw in te vriezen.
Verpak de levensmiddelen in reukvrij, lucht- en vochtdicht en vet- en loogbe-
stendig verpakkingsmateriaal.
Polyethyleenfolie en aluminiumfolie zijn het meest geschikt.
De verpakking moet dicht zijn en strak om de levensmiddelen heen zitten.
Gebruik geen glazen verpakkingen, omdat glas kan springen.
Zet het apparaat 2 tot 3 uur voordat u verse levensmiddelen gaat invriezen, op
de koudste stand. Zet nadat u verse levensmiddelen in het apparaat hebt ge-
daan om deze in te vriezen, de thermostaat op de optimale stand.
Dranken in fles of blik, in het bijzonder koolzuurhoudende dranken, mogen niet
in het vriesvak worden bewaard, omdat de flessen en blikjes kunnen springen.
In het vriesvak kan fruit worden ingevroren en kunnen ijsblokjes worden ge-
maakt.
11.1. Gebruik van het ijsblokjesbakje
Maak het ijsblokjesbakje goed schoon, voordat u het voor het eerst gaat gebrui-
ken.
Vul het bakje met drinkwater.
Zet het ijsblokjesbakje op een glasplaat in het vriesvak.
Zodra de ijsblokjes bevroren zijn, haalt u het bakje uit het vriesvak en drukt u de
ijsblokjes uit de vorm.
12. Reiniging
GEVAAR!
Gevaar voor elektrische schokken!
Er bestaat gevaar voor elektrische schokken door
stroomvoerende onderdelen.
Stel voordat u met reinigingswerkzaamheden be-
gint, de temperatuur van het koelgedeelte altijd in
op 0 en haal de netstekker uit het stopcontact (trek
niet aan de kabel, maar aan de netstekker). Als u niet
bij de netstekker kunt, moet u in de meterkast de be-
treffende zekering uitschakelen.
82