Opladen van de loodgelaccu
Het snelstartsysteem kan met de meegeleverde netadapter (13) of een 12 V-autoaccu geladen
worden. Het strekt tot aanbeveling de accu van het snelstartsysteem na ieder gebruik weer
compleet op te laden.
De laadtijd is afhankelijk van de laadtoestand van de accu of het aantal uitgevoerde
starthulpsessies.
Om de laadtoestand te controleren drukt u op de hoofdschakelaar (5). Het aantal brandende
leds (4) geeft de laadtoestand weer:
1 led aan
-
2 leds aan
-
3 leds aan
-
Opladen met stekkerlaadtoestel
1. Steek de stekker van de laadkabel in de laadbus (2) aan de voorkant van het
snelstartsysteem.
2. Verbind de netadapter (13) met een stopcontact van 230 V~/50 Hz.
3. Laat het snelstartsysteem ca. 12 uur laden. Het laadproces wordt door knipperende leds (4)
weergegeven.
4. Zodra de leds (4) alle drie constant branden, is de accu volledig opgeladen.
Opladen via autoaccu
Opgelet: Met deze laadmethode kan niet dezelfde spanning als met het
stekkerlaadtoestel bereikt worden.
1. Steek de stekker van de meegeleverde laadkabel (12) in de contactdoos van de
sigarettenaansteker van uw voertuig.
2. Steek de kleine stekker aan het andere uiteinde van de laadkabel in de laadbus (2) van het
snelstartsysteem.
3. Het laadproces dient uitsluitend tijdens de rit plaats te vinden, aangezien anders de
autoaccu ontladen wordt.
Afvoer van de accu
Opgebruikte accu's en batterijen mogen niet in het huisvuil terechtkomen!
• Voer opgebruikte accu's via de voorgeschreven inzamelpunten af.
• Werp accu's en batterijen nooit in het vuur. Gevaar voor ontploffing!
• Vooraleer u uw oude accu afvoert, moeten de contacten voldoende met
isolatieplakband worden afgeplakt om kortsluiting te voorkomen.
accu moet geladen worden
accu is voldoende geladen voor het gebruik van de USB-uitgang
accu is volledig geladen